25 jan 2018 | Actualia, Notarissen

1 januari 2018: nieuwe pandwet treedt in werking!

Recente vacatures

Advocaat
Burgerlijk recht
3 - 7 jaar
Antwerpen Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
5 - 10 jaar
Brussel Vlaams-Brabant
Advocaat
Strafrecht verkeersrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen
Uitgever
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 25/01/2018 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Algemeen

De Wet van 11 juli 2013 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake (hierna: ‘de Nieuwe Pandwet’) treedt op 1 januari 2018 – eindelijk – in werking.

De inwerkingtreding van de Nieuwe Pandwet was normaliter reeds op 1 december 2014 voorzien, doch werd ingevolge de wet van 26 november 2014 uitgesteld naar 1 januari 2017 aangezien de nodige uitvoeringsmaatregelen op zich lieten wachten. Met de Reparatiewet, goedgekeurd op 25 december 2016, werd de datum van inwerkingtreding andermaal verschoven naar 1 januari 2018.

Op 1 januari 2018 was het dus zover!

De Nieuwe Pandwet hervormt op ingrijpende wijze het pandrecht, het eigendomsvoorbehoud en het retentierecht. Zowel het pandrecht als het eigendomsvoorbehoud kunnen voortaan worden ingeschreven in het Nationaal Pandregister (https://pangafin.belgium.be/).

Belangrijkste wijzigingen

In wat volgt wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste nieuwigheden dewelke de ‘Nieuwe Pandwet’ vanaf 1 januari 2018 met zich meebrengt:

1) Pand vereist niet langer de fysieke buitenbezitstelling van het goed waarop het pand gevestigd word. De pandgever kan het in pand gegeven goed bij zich houden en blijven gebruiken, en in principe zelfs verkopen, in het kader van een normale uitoefening van haar bedrijfsactiviteiten.

Een pandrecht wordt voortaan tegenstelbaar aan derden door registratie in het Nationaal Pandregister. Uitzondering: registratie zal evenwel niet kunnen worden gebruikt om het pand op schuldvorderingen tegenstelbaar te maken aan derden. Daarvoor blijft de bestaande kennisgeving vereist (art. 1690-1691 BW).

Voordeel voor de pandhouder is dat hij niet meer aansprakelijk kan gesteld worden voor beschadiging aan of verlies van het in pand gegeven goed tijdens de periode van buitenbezitstelling.

De pandhouder heeft evenwel het recht om te allen tijde de in pand gegeven goederen te inspecteren en heeft daarenboven recht op subrogatie[1]. (Bijvoorbeeld subrogatie op de betaalde prijs in geval van verkoop).

Indien de Pandwet wordt geschonden, kan de pandhouder te allen tijde alsnog de fysieke overhandiging van het in pand gegeven goed vorderen.

2) Pand kan gevestigd worden op alle roerende goederen die verhandelbaar[2] zijn. Uitzondering: Schepen zijn niet vatbaar voor pand.[3]

Eenmaal het pand werd gevestigd, blijft het pand ook geldig indien het goed onroerend zou worden door incorporatie[4] of bestemming[5].

3) Indien er een pand gevestigd is op één of meerdere roerende goederen en één of meerdere daarvan zijn tevens onderhevig aan een eigendomsvoorbehoud, dan blijft het eigendomsvoorbehoud wel prioritair t.o.v. van het pand en dit zonder dat het eigendomsvoorbehoud daarvoor moet worden geregistreerd.

Als onbetaalde verkoper kan je zo met een eigendomsvoorbehoud als het ware ‘een superprioriteit’ verkrijgen.

Als pandhouder kan het evenwel problematisch zijn indien je niet kan nagaan of er een eigendomsvoorbehoud rust op de betrokken goederen.

Eigendomsvoorbehoud kàn worden geregistreerd worden in het Pandregister. Dit is niet verplicht doch verleent extra bescherming. Registratie is niet gratis

Het is evenwel zinvol om het eigendomsvoorbehoud te registreren om tegenstelbaar te blijven indien het goed onroerend zou worden door incorporatie in een onroerend goed dat tevens gehypothekeerd werd[6] (bijvoorbeeld: levering van een machine met eigendomsvoorbehoud dewelke nadien ingebouwd wordt).

4) Voortaan is het voor alle schuldeisers mogelijk om een pand op de handelszaak te vestigen (daar waar het voorheen enkel mogelijk was voor financiële instellingen).

Dit kan een belangrijk zekerheidsinstrument zijn voor ondernemers die herhaaldelijk worden geconfronteerd met wanbetalers.

Daarenboven zal voortaan een pand op de volledige voorraad kunnen worden gevestigd, daar waar dit voorheen beperkt was tot de helft.

5) De uitvoeringsprocedure is vereenvoudigd, thans is er bij niet-consumenten in principe geen voorafgaande tussenkomst van de rechtbank meer nodig om het pand te verzilveren.[7] De pandhouder die tot uitwinning wenst over te gaan, dient daarvan ten minste tien dagen vooraf bij een aangetekende zending kennis te geven. Na verloop van deze termijn kan de pandhouder het in pand gegeven goed zelf toe-eigenen (indien dit expliciet is overeengekomen) of het goed laten verhuren/verkopen en de opbrengst hiervan aanwenden ter aanzuivering van de schuld.[8]

Modaliteiten van de uitwinning kunnen contractueel worden bepaald, dit evenwel mits inachtname van art. 48-56 Pachtwet.

Indien de pandhouder niet akkoord is met de wijze waarop de uitwinning verloopt of is verlopen kan men zowel tijdens de uitwinning (kort geding procedure) als na de uitwinning (procedure ten gronde) de rechtbank vatten (bijvoorbeeld indien de klant weigert om de goederen terug te geven, dient de rechtbank te worden gevat. Het is namelijk niet toegelaten om goederen weg te halen uit andermans bezit).

Voor consumenten blijft de huidige uitwinningsprocedure grotendeels behouden.[9] De verzilvering van het pand vereist steeds de voorafgaande tussenkomst van de rechtbank.

6) Daarenboven dient te worden opgemerkt dat er bepaalde bijkomende beschermingsmaatregelen gelden indien de pandgever een consument is. De pandovereenkomst dient schriftelijk te worden opgesteld (een geschreven overeenkomst verdient logischerwijze ook in alle andere gevallen de voorkeur!). Tevens moet het pand in verhouding staat tot de schuldvordering (de waarde van de verpande goederen mag maximaal tweemaal de waarde betreffen van de gewaarborgde schuldvordering vermeerderd met aanhorigheden en interesten.

7) Er komt een elektronisch pandregister. De belangrijkste functies van dit register zijn:

1. Tegenstelbaar maken van een pand aan derden (“first come first serve”– principe: eerst geregistreerd is eerste rang);

2. Schuldeisers informeren over reeds bestaande panden bij een schuldenaar (kostprijs bedraagt vijf euro per opzoeking).

Let wel: Misbruik van dergelijke opzoekingen is strafbaar en zal eenvoudig gecontroleerd kunnen worden. Iedere persoon kan tot zes maanden terug zien wie inlichtingen over hem heeft opgevraagd.

8) Registratie is noodzakelijk om het pand tegenstelbaar te maken aan derden (doch klassieke fysieke buitenbezitstelling blijft ook mogelijk).

Registratie geldt vanaf betaling van de retributie en is 10 jaar geldig. Het is steeds mogelijk om een registratie te hernieuwen voor een periode van tien jaar.

Enkel de pandhouder is bevoegd voor de registratie, wijziging of deregistratie van een pand. De pandhouder moet de pandgever schriftelijk op de hoogte brengen van elke registratie, wijziging of deregistratie .

9) Kostprijs van de retributierechten voor registratie, wijziging of deregistratie is afhankelijk van de waarde van de verzekerde verbintenis. Hieronder overzicht:

 ssslll

 

 

 

 

 

 

Zowel voor registratie, als voor wijziging en deregistratie van een pandrecht in het Nationaal register is een retributie verschuldigd.

Voor verdere vragen over het nieuwe pandrecht aarzel niet om contact met ons op te nemen. Wij helpen U graag verder.

Studio Legale

Meer artikels lezen van deze auteur? Klik hier.

 

Referenties


[1] Subrogatie: Bij zakelijke subrogatie komt een goed in de plaats van een ander goed dat in het vermogen een bepaalde functie vervult. Het goed dat in de plaats komt zal de funtie van het vorige goed overnemen (onder bepaalde voorwaarden)
[2]Verhandelbare roerende goederen: bestaande of toekomstige goederen [mits identificeerbaar], lichamelijke of onlichamelijke goederen, individuele goederen of goederen die deel uitmaken van een geheel van goederen of bedrijfseenheid
[3] Art. 4 Reparatiewet
[4]Onroerend door incorporatie: onderdelen en uitrustingen van een gebouw, die een geheel vormen met het gebouw en aldus nuttig of noodzakelijk zijn voor de normale werking en het normaal genot van het gebouw of onroerend goed, zijn onroerend door incorporatie.
[5]Onroerend door bestemming: Een roerend goed kan onroerend worden door bestelling indien het roerend goed fysiek verplaatsbaar is, maar als accessorium van een onroerend goed ook als onroerend wordt beschouwd.
[6]Art. 71 Pandwet
[7]Art. 47 Pandwet
[8] Uitzondering: Goederen onderhevig aan bederf of snelle waardevermindering kunnen na drie dagen reeds worden verkocht.
[9]Art. 46 Pandwet

 

Recente vacatures

Advocaat
Burgerlijk recht
3 - 7 jaar
Antwerpen Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
5 - 10 jaar
Brussel Vlaams-Brabant
Advocaat
Strafrecht verkeersrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen
Uitgever
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.