De beëindiging van de wettelijke samenwoning kan niet langer door een huwelijk met een derde. Voortaan moet eerst de wettelijke samenwoning worden beëindigd alvorens één van de samenwonenden kan huwen met een andere partij. Een huwelijk tussen de wettelijke samenwoners zelf beëindigt wel nog steeds hun statuut als wettelijke samenwoners.
Beëindigingsgronden van de wettelijke samenwoning
Het Belgisch relatievermogensrecht kent drie samenlevingsvormen: het huwelijk, de wettelijke samenwoning en de feitelijke samenwoning.
De wettelijke samenwoning is de toestand van samenleving door twee personen die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd bij de ambtenaar van de burgerlijke stand.
Sedert de creatie van het statuut van wettelijke samenwoning voorziet de wetgever de volgende beëindigingsgronden (art. 1476, §2 oud Burgerlijk Wetboek):
- Eén van de partijen treedt in het huwelijk.
- Eén van de partijen overlijdt.
- De samenwonenden leggen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand een gezamenlijke verklaring van beëindiging af.
- Eén van de samenwonenden legt een eenzijdige verklaring van beëindiging af voor de ambtenaar van de burgerlijke stand.
De wet van 8 februari 2023, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 1 maart 2023, verduidelijkt dat de wettelijke samenwoning enkel kan worden beëindigd door een huwelijk, wanneer de wettelijke samenwoners met elkaar in het huwelijk treden. Voordien was het namelijk zo dat de wettelijke samenwoning werd beëindigd door een huwelijk, ongeacht of de partners huwen met elkaar of dat één van de partners huwt met een derde. Laat dit laatste nu net hetgeen zijn waardoor de regeling werd aangepast.
Een wettelijke samenwonende partner wiens samenlevingsstatuut wordt beëindigd door een eenzijdige verklaring afgelegd door de andere partner voor de ambtenaar van de burgerlijke stand, wordt hiervan in kennis gesteld. Wanneer één van de wettelijk samenwonende partners in het huwelijk treedt met een derde wordt de wettelijke samenwoning eveneens beëindigd, maar hier gebeurt er geen enkele kennisgeving aan de ex-wettelijk samenwonende partner. Deze laatste blijft onwetend. Dit leidt tot een verschillende behandeling tussen een partner waarvan de wettelijke samenwoning wordt beëindigd door een eenzijdige verklaring enerzijds en een partner waarvan de wettelijke samenwoning wordt beëindigd door een huwelijk met een derde anderzijds. Dat verschil in behandeling is niet redelijk verantwoord, waardoor een wetswijziging zich opdringt.
Impact op het aangaan van een huwelijk?
In België zijn alleen monogame huwelijken toegelaten. Polygamie is verboden, zo ook tussen de verschillende samenlevingsvormen. In dat opzicht ligt het voor de hand dat een huwelijk (ook met een derde) de beëindiging inhoudt van het statuut van wettelijke samenwoning. De wetgever moet erover waken dat één persoon geen twee samenlevingsstatuten kan aangaan. Denk bijvoorbeeld aan een huwelijk met persoon 1 én een wettelijke samenwoning met persoon 2.
Dit heeft er – na een amendement – toe geleid dat ook het artikel inzake huwelijksbeletselen (art. 147 van het oud Burgerlijk Wetboek) werd uitgebreid. Niet alleen mag een tweede huwelijk pas worden aangaan ná de ontbinding van het eerste, voortaan mag een huwelijk ook pas worden aangegaan ná de ontbinding van een bestaande wettelijke samenwoning met een andere partij.
Besluit
Samengevat: willen wettelijke samenwoners met elkaar huwen, dan moeten zij hun bestaande statuut van wettelijke samenwoning niet eerst beëindigen. Dit gebeurt automatisch door het huwelijk tussen hen beiden. Huwt een wettelijke samenwoner met een derde, dan zal de wettelijke samenwoner – ingevolge de wet van 8 februari 2023 – eerst zijn statuut van wettelijke samenwoning moeten beëindigen. Zo niet, vormt dit een huwelijksbeletsel en kan men dus geen nieuw huwelijk aangaan.
0 reacties