De vereniging Art Acquis, werkt in Tunesië met gedetineerden. In haar project Perspectives, gesteund door ASF en ATL MST SIDA Bureau National, zet de vereniging kunst in als therapie. Via de verschillende activiteiten tracht men de gedetineerden te helpen om over hun ervaringen te praten, om zich constructief bezig te houden tijdens hun detentie en om hun re-integratie in de maatschappij aan te moedigen.
Kunt u zichzelf even voorstellen, alsook wat Art Acquis precies doet?
Ik ben Omar Ben Amor, kunstenaar en stichtend lid van de vereniging Art Acquis. Ik heb zes jaar ervaring in het maatschappelijke middenveld, als choreograaf, regisseur, producer bij de regionale radio Diwan FM, regisseur van documentaires, …
Art Acquis is een culturele en artistieke vereniging die in 2016 opgericht werd door een groep kunstenaars. Ons belangrijkste doel is de maatschappelijke ontwikkeling van kwetsbare bevolkingsgroepen door middel van kunst en cultuur. We waren de regionale organisatoren van het Forum Jeunesse de l’Institut Français in Sfax, we waren gastheer voor de Journées Cinématographiques de Carthage in 2017. We waren in 2016 ook partners van “Sfax, hoofdstad van de Arabische cultuur“.
Art Acquis werkt veel met kwetsbare bevolkingsgroepen rond onderwerpen die vaak taboe zijn; met altijd het achterliggende idee om met gedetineerden in gevangenissen te werken. In het begin zagen we dit als praktisch onmogelijk, totdat we de Journées Cinématographiques de Carthage in Sfax steunden met een vertoning in de gevangenis.
Wat me opviel was het niveau van het debat: het ging veel verder dan de inhoud, we spraken over de productie, het geluid, … Na deze vertoning zeiden we tegen onszelf dat we iets groters moesten doen dan dat. En toen kregen we de kans voor het project.
Wat doet Art Acquis precies in een detentieomgeving?
We hebben vier soorten workshops georganiseerd: theater, film, schilderkunst en beeldende kunst, en muziek. We verdeelden dit in drie fasen, steeds met het transversale idee om rond kunst te werken als een vorm van therapie. Tijdens de workshop ‘theater’ hebben we bijvoorbeeld gewerkt rond de communicatietechnieken die het theater biedt (spreken in het openbaar, enz.). In de tweede fase werkten we rond de grondbeginselen van het theater en in de derde fase hebben we gewerkt aan een script voor een toneelstuk. We hebben zelfs de gevangenis kunnen verlaten met de deelnemers om te werken op een podium in een theater in Sfax. Het was de eerste keer dat gedetineerden de gevangenis mochten verlaten.
Tijdens de workshop ‘muziek’ hebben we gewerkt rond het schrijven van muziek, de grondbeginselen van muziek en de muziekproductie. We verzamelden de liedjes en legden ze voor aan het Comité Général des Prisons et de la Rééducation (CGPR), dat ons aanbood op te treden tijdens de Journées Musicales de Carthage. We verwachten nog een verdere opvolging hierrond.
Voor de workshop ‘film’ hadden we het idee om gedetineerden toegang te geven tot juridische informatie. We organiseerden verschillende sessies volgens hetzelfde stramien: een thema, een film, een moderator die gespecialiseerd is in film en een jurist. Zo hebben we bv. illegale migratie aangekaart, wet 52 [wet op drugsgebruik en drugshandel].
Met de vrouwen hebben we een workshop rond ‘schilderkunst en beeldende kunst’ georganiseerd. We werkten rond conceptuele kunst: hoe ga je naar 3D, hoe maak je een sculptuur… Daarna creëerde elke vrouw haar eigen project, kijkend naar het parcours dat haar naar de gevangenis geleid had. We hopen te kunnen exposeren in Soussa en Tunis, maar we hebben reeds een tentoonstelling gehouden in Sfax. De emoties die naar boven kwamen, waren indrukwekkend, verschillende mensen huilden…
We organiseerden ook de opnames voor een documentaire. Het oorspronkelijke idee bestond erin om hoop te geven door drie ex-gedetineerden te filmen die uit de gevangenis kwamen en er iets van maakten. Maar toen we begonnen te filmen, besefte ik dat het een grote leugen zou zijn om enkel over successen te praten. Uiteindelijk hebben we besloten een onderzoeksgerichte film te maken: stilstaan bij ‘re-integratie’, maar wel vanuit alle invalshoeken. We hebben gesproken met deskundigen, met mensen die er niet in “geslaagd” zijn en die opnieuw in de fout gegaan zijn, met mensen die erin geslaagd zijn te re-integreren, met mensen die geprobeerd hebben naar Italië te vertrekken… We hebben veel materiaal en nu zijn we de montage aan het voorbereiden. In de film hebben we heel wat taboes aangekaart, maar uiteindelijk eindigen we met oplossingen, perspectieven…
Tenslotte hebben we ook de gelegenheid gehad om met ARTE [een Frans-Duitse televisiezender] samen te werken. Zij vroegen mij over het project te spreken, omdat zij een onderwerp over gewelddadig extremisme aan het voorbereiden waren en dit wilden behandelen samen met detentie in Tunesië en re-integratie. ARTE heeft gevraagd ons te vergezellen bij een filmopname met de gedetineerden; zij zijn de tentoonstelling komen filmen waarover ik het had. ARTE heeft me inmiddels teruggebeld, ze willen nog meer filmen rond het project dat we met Art Acquis doen: ze waren zeer geïnteresseerd.
Waarom denkt u dat het nodig is dit project uit te voeren?
Dit project is noodzakelijk omdat de situatie in de gevangenissen in Tunesië catastrofaal is. Mensen willen niets horen over gevangenissen. Maar ze weten niet dat de misdaadcijfers, illegale emigratie, gewelddadig extremisme, … het resultaat zijn van mensen die vrijkomen zonder enige kans op re-integratie. Ze worden letterlijk in een meedogenloze maatschappij gegooid. En we laten ze aan hun lot over. We zeiden tegen onszelf dat we er iets aan moesten doen.
En ook, wat gebeurt er binnen de gevangenismuren precies… Tunesië heeft alle mogelijke mensenrechtenverdragen ondertekend maar past niets toe. Het rechtssysteem is catastrofaal, ik denk aan de jongeren in Kef die dertig jaar kregen voor een joint [beslissing in eerste aanleg, sindsdien werden de straffen grotendeels teruggebracht tot 2 jaar]. De gevangenis, dat is geweld, overbevolking, vermenging van gedetineerden… De gevangenis is een leerschool voor criminaliteit.
We hebben veel methoden geprobeerd: cipiers opleiden, pleiten voor wetswijzigingen… Naar mijn mening begint re-integratie in de gevangenissen zelf. Je moet de gedetineerden voorbereiden voordat ze vrijkomen. Ik denk dat de beste methode die we gevonden hebben kunst en cultuur is, de gedetineerden die betrokken geweest zijn bij het project Perspectives, dat was een echte wedergeboorte voor hen. Leren zich uit te drukken, zich te positioneren in de maatschappij… Een gedetineerde die deelnam aan een theaterworkshop vertelde me eens: “Vroeger dacht ik alleen maar aan mijn advocaat, de rechter, wat er met me ging gebeuren… Nu denk ik aan mijn personage, mijn tekst, en hoe ik die moet interpreteren. Het stelt hen in staat aan iets anders te denken, en cipiers hebben bevestigd dat het op veel gedetineerden een sterke impact gehad heeft.
Hoe is de situatie momenteel in de gevangenis van Sfax (populatie, omstandigheden, enz.)? Wat is het profiel van de gedetineerden (sociaal-economisch profiel/criminele achtergrond) waarmee u in het kader van het project hebt kunnen werken?
De gevangenis van Sfax is in een vrij goede staat, maar wordt slecht uitgebaat. Onder de cipiers zijn er goede en slechte, sommigen misbruiken hun macht, enz. En de overbevolking in de gevangenis is extreem. In een slaapzaal met 40 of 50 plaatsen, heb je 120 gedetineerden. Sommigen slapen in de gangen, onder de bedden…
Voor de workshops slaagden we erin een verscheidenheid aan profielen te hebben, steeds gebaseerd op de bereidheid van de gedetineerden om al dan niet deel te nemen. We hebben bij de activiteiten ook nagedacht over de ervaringen van ieder van hen, met mezoued [traditionele Tunesische volksmuziek], theater, schilderen…
Bij de mensen die aan het project deelgenomen hebben, waren er mensen met gevangenisstraffen van 20 of 30 jaar, mensen die bekend stonden om hun banden met de familie Ben Ali, mensen die daar zaten wegens drugsgebruik of drugshandel, wegens onbetaalde cheques… Maar achteraf was onze strategie nooit om mensen naar hun achtergrond te vragen, maar om hen daarover te laten vertellen als ze dat wilden. We stellen nooit vragen.
Wat is de feedback van de gedetineerden en de cipiers die deelgenomen hebben /deelnemen?
Dit verloopt goed met het Comité Général des Prisons et de la Rééducation (CGPR), en ook met de directie van de gevangenis in Sfax. De directeur heeft ons zelfs voorstellen gedaan om het werk van de workshops te verbeteren. Hij trad soms op als bemiddelaar als de cipiers niet wilden dat we dit of dat deden.
Aan welke verandering(en) zou u met uw actie willen bijdragen?
Ik wil dat iedereen toegang heeft tot cultuur, iedereen is een kunstenaar maar weet het niet. Ze hebben een enorme energie. In plaats van ze op te sluiten in een kamer, geef ze een schilderij, een microfoon, een podium en je zult versteld staan. Als ik iets wil veranderen, dan is het dat wel, toegang tot cultuur voor alle gedetineerden op elk moment. Zelfs in termen van werkgelegenheid, kan dit kansen bieden voor gedetineerden als ze vrijkomen…
We moeten ook de manier veranderen waarop de maatschappij ex-gedetineerden ziet: de man die een fout heeft gemaakt, moet niet tweemaal gestraft worden. We moeten mensen accepteren en deze bevooroordeelde mentaliteit veranderen.
Welke hervormingen zijn volgens u nodig op het gebied van het strafrecht en het gevangeniswezen?
Ten eerste, wet 52 [wet op drugsgebruik en drugshandel]. Verder ook het CEDIS-systeem [Centre de Défense et d’Intégration Sociale] efficiënter maken zodat contact gemaakt kan worden met bedrijven en verenigingen die een tussenpersoon nodig hebben. We moeten een echt re-integratiesysteem tot stand brengen, anders is de enige optie de harraga [letterlijk “zij die verbranden”, de naam die gegeven wordt aan migranten die illegaal de oversteek naar Europa wagen]. Ik heb zelf gedetineerden gekend die zich voorbereiden op hun vertrek nog voor zij vrijgelaten worden.
Wat is de rol van het maatschappelijke middenveld in de gevangenissen? Hoe denkt u dat deze dynamiek tussen samenleving en gevangenis duurzaam gemaakt kan worden?
De verenigingen moeten hun beloften nakomen wanneer zij in de gevangenis komen, anders zal het moeilijk zijn om het vertrouwen van de gedetineerden te winnen. Uiteindelijk, als je in de gevangenis komt, is het als het geven van licht aan een blinde. En trouwens, de enige verantwoording die we moeten afleggen is aan de gedetineerden zelf. In het algemeen moet je dus zeer veeleisend zijn bij het selecteren van de verenigingen die in de gevangenis werken, het is een zeer grote verantwoordelijkheid.
Wat de duurzaamheid betreft, zou ik graag zien dat het project Perspectives een proefproject wordt en uitgebreid wordt naar de rest van de gevangenissen.
Omar Ben Amor
0 reacties