Bemiddeling wint aan belang als alternatieve vorm van geschillenbeslechting.
Wanneer partijen in een bemiddelingstraject belanden, op gezamenlijk initiatief of na gerechtelijke doorverwijzing, dan zijn daarbij soms ook de advocaten aanwezig. Om redenen van kostenbeheersing is dit zeker niet altijd het geval. Bovendien zou in principe een basisvertrouwen mogen bestaan in de kunde en onafhankelijkheid van de bemiddelaar.
Maar inderdaad, in bepaalde trajecten kan de aanwezigheid van de advocaat zeker nuttig zijn. Daarbij moet deze zich vergewissen van zijn strikt afgelijnde rol en plaats tijdens het bemiddelingsgesprek.
De bemiddelaar is evident onpartijdig en onafhankelijk. De aanwezige advocaten zijn per definitie vanuit een partijdige insteek aanwezig.
Aangezien de bemiddeling tot doel heeft om te komen tot een door partijen gedragen oplossing, en aangezien de zoektocht naar die oplossing partijen uitnodigt tot een out-of-the box denkoefening, ook ingegeven vanuit praktische overwegingen en niet alleen binnen een juridisch kader, zal de advocaat zich des te meer vergewissen van de low-profile houding die hij zich behoort toe te meten.
De aanwezigheid van de advocaat kan desalniettemin nuttig zijn:
- Toelichting, indien van toepassing, van een eerder- of lopend gerechtelijk traject door en tussen betrokken partijen.
- Het bewaken en aftoetsen van de gevonden gedragen oplossingen aan regels van openbare orde en dwingend recht.
- Gezien het bijwonen van het gesprek, is de advocaat een aangewezen actor om achteraf de gemaakte afspraken in een dading-overeenkomst op te nemen.
- Het kan voor de deelnemers aan het bemiddelingsgesprek aangenaam en belangrijk zijn dat zij zelf hun marge om tot een oplossing te komen kunnen aftoetsen aan het formele kader van rechten en plichten.
Onder de vorm van een caucus kan de protagonist rechtstreeks even aftoetsen met de advocaat.
- Opdat de advocaat deze set aan voordelen kan bieden, is het cruciaal dat deze zich vergewist van de beperktheid van zijn rol. We merken vandaag dat sommige advocaten dit nog steeds verkeerd inschatten en dat er serieus weerwerk wordt geboden tijdens het bemiddelings-initiatief.
- Om die reden zien we in de praktijk vaak dat de bemiddelaar een intakegesprek voert met enkel de advocaten.
Was het om werkingsregels en principe van de bemiddeling te duiden, kan een voorafgaande duiding vanuit juridisch oogpunt – enkel een “objectieve duiding” van een stand van zaken – in sommige gevallen het tijdsbestek van de bemiddeling verkorten.
In geschillen van geringe waarde kan dit nuttig zijn.
Mogen we, wat de houding van de advocaat ten opzichte van de geschillenregeling via bemiddeling, de deontologische verplichting van advocaten in herinnering brengen, luidens welke deze verplicht is de cliënt op voorhand in te lichten over de mogelijkheid van bemiddeling.
Astrid Clabots
0 reacties