Op de Dag van de bedrijfsjuristen kwamen Peter Leys (Executive Chairman Materialise), Saskia Mermans (Bedrijfsjurist KBC – Group General Counsel) en Elliot Cobbaut (Assistent en doctoraatsonderzoeker UCLouvain, Faculteit Rechten) al aan het woord over de steeds stijgende druk die op ondernemingen ligt. Tal van regelgevers vaardigen regels uit die de ondernemingen moeten opvolgen. We gaan er graag met hen verder op in. Ook aan de gesprekstafel: Julie Dutordoir, Directeur-generaal Instituut voor bedrijfsjuristen (IBJ).
Spanningsveld tussen overheid en onderneming
“Een onderneming moet zijn verantwoordelijkheid nemen en de meeste ondernemingen doen dat ook”, steekt Peter Leys van wal. Vervolgens komt de overheid aan zet. Die gaat immers bepalen wat ‘je verantwoordelijkheid nemen’ precies inhoudt. En daar ontstaat onvermijdelijk een spanningsveld. Want de overheid die doet dat door regel per regel het gewenste gedrag voor te schrijven.
Er ontstaat onvermijdelijk een spanningsveld als de overheid regel per regel het gewenste gedrag wil voorschrijven
Die werkwijze is echter contraproductief. Bedrijven – en burgers trouwens ook – gaan dan gewoon de regeltjes naleven, zonder nog te weten waarom. Je kan dan als onderneming of als bedrijfsjurist zeggen: “Het is oké, want ik heb de regels gevolgd”. Je volgt de regels, maar verliest de principes uit het oog. “Echt verantwoordelijkheid opnemen gaat natuurlijk veel verder”, vervolgt Leys. “Kijk bv. naar implantaten – die moeten veilig zijn voor de patiënt. Dat gaat verder dan: zijn we compliant met de Amerikaanse FDA (Food and Drug Administration). Want wat doe je als een implantaat compliant is, maar er toch nog risico’s aan verbonden zijn waar de regulator niet aan gedacht heeft? Dan moet je daar als ondernemer wakker van liggen.” Je mag niet verzanden in het idee: het is compliant dus het is goed.
Rem op innovatie
Een overdaad aan regels vertraagt ook onze vooruitgang. Ondernemingen zijn dan niet meer bezig met ontwikkeling. Zijn niet meer innovatief. Want we zijn enkel bezig met het opvolgen van 1001 regels. Daarin zie je wel een verschil met de VS: de Amerikanen zijn zeker vrijer in wat ze doen. Ze hebben daar meer wantrouwen tegenover de overheid, en minder regels. Dat geeft meer ruimte voor creativiteit.
“Daarom pleit ik ook voor het principe van comply or explain”, verduidelijkt Peter Leys. Ofwel volg je 1001 regels, ofwel verantwoord je waarom je dat niet doet. Er is een veilig pad en een alternatieve route. Je kan het ook vergelijken met rijden op de autostrade. Je kan op de rechterrijstrook rijden, waar heel veel mensen achter elkaar rijden. Of je kan op de linkerrijstrook rijden en daar ga je misschien sneller vooruit, zonder sneller dan 120 km te rijden en zonder op de pechstrook te rijden. Op de linkerrijstrook is het misschien spannender, maar tegelijk ben je nog altijd veilig en kan je met een goede reden verklaren waarom je daar rijdt.
Daarom pleit ik ook voor het principe van comply or explain: ofwel volg je 1001 regels, ofwel verantwoord je waarom je dat niet doet
Natuurlijk zijn er ook gevallen waarin bedrijven verschrikkelijk over de schreef gaan. En die moeten bestraft worden. Maar in de meeste bedrijven staat men wel voor die verantwoordelijkheid.
Vertrouwen versus controle
“Je kan dat ook vertalen als een nood aan vertrouwen”, voegt Saskia Mermans toe. Heel veel van de regelgeving komt vandaag de dag vanuit Europa. Er zit een ongelooflijke controledrang achter. Bovendien komt die regelgeving aan een ongelooflijke snelheid op ons af. Het is niet vanzelfsprekend om dat allemaal te gaan implementeren. En, niet onbelangrijk, dat gebeurt niet meer zoals vroeger met richtlijnen, maar met verordeningen die rechtsreeks van toepassing zijn. Omzetting in nationaal recht is niet nodig. Er staan zoveel details in. En op microniveau moeten bedrijven die strategie mee gaan implementeren en vorm geven. Geen evidentie.
Meer nog dan de regels is de ermee samenhangende aansprakelijkheid. Er hangen immers allerlei sanctiemechanismes aan vast, van strafrechtelijke tot administratieve.
In Europa denken we dat we alles met regels kunnen oplossen. We hangen heel hard vast aan het principe van de rechtszekerheid. In de VS is dat anders – het rechtssysteem werkt daar veel meer casuïstisch, op basis van rechtspraak waarbij elke zaak een beetje anders is. Wij denken dat als we heel veel regels hebben alles helder en duidelijk is – en we daarmee een level playing field creëren voor alle bedrijven. Dat leidt wel tot rechtszekerheid, maar ook tot verstarring. Zonder ruimte voor anders denken.
Meer nog dan de regels is de ermee samenhangende aansprakelijkheid. Er hangen immers allerlei sanctiemechanismes aan vast, van strafrechtelijke tot administratieve
Druk van publieke opinie
Tegelijkertijd kunnen we vaststellen dat beleidsmakers soms ver afstaan van de ondernemingen, van de realiteit. Ze staan ook onder druk van de publieke opinie. Als er wantoestanden aan het licht komen, volgt er onmiddellijk een publieke reactie. Mensen verwachten dan dat de overheid actie onderneemt. Resultaat is meestal een hele reeks nieuwe regelgeving. De enige optie die regelgevers schijnen te zien, is een keurslijf maken. Terwijl, nog maar eens, vertrouwen ons verder brengt.
Ook als publiek moeten we er dus anders naar durven kijken. Leren aanvaarden dat onze politici niet alles tot in de laatste details controleren. En er op vertrouwen dat wie in de fout gaat, gestraft zal worden. Want wie het echt verkeerd voor heeft, zal daar altijd een weg voor vinden.
0 reacties