Het sudderde al een tijdje, maar plots is het de magistraten te veel geworden. De procureur generaal van Brussel liet weten dat de parketten 4.000 oproepingsbrieven zouden versturen naar veroordeelden met het verzoek om dringend hun straf te komen uitzitten. Er werd daarbij gesuggereerd dat die actie het gevolg was van de aankondiging door de regering dat er zou gemorreld worden aan de magistratenpensioenen.
Nu iedereen de schrijnende toestanden kent in de gevangenissen ten gevolge van de overbevolking, was de buitenwereld toch wat met verstomming geslagen. Mensenrechten gaan toch voor op pensioenrechten, zo viel te horen. De voorzitter van het college van procureurs probeerde dan nog het onmogelijke uit te leggen in de televisiestudio’s, maar dat zorgde ervoor dat het onbegrip alleen maar erger werd. Wat bezielde de magistratuur toch om zich zo wereldvreemd op te stellen? En toegegeven, toen de kranten cijfers begonnen te publiceren over het brutopensioen, begreep de burger er niets meer van.
Het was duidelijk dat de procureurs zich niet hadden laten bijstaan door professionele communicatieadviseurs. Het viel ook op dat initieel enkel de leden van het Openbaar Ministerie spraken, terwijl de magistraten van de zetel in stilte hun wonden likten.
Dat alles zorgde voor een bijzonder initiatief van magistraten van de zetel. De krant De Tijd publiceerde op 22 april een open brief onder de titel “Waarom zich zorgen maken over de hervorming van de pensioenen van magistraten”. De brief werd ondertekend door maar liefst acht (!) magistratenverenigingen, wat een unicum is. De eensgezindheid tussen die verenigingen is soms ver te zoeken, maar nu verkondigden ze eendrachtig hetzelfde standpunt. Ze verwezen naar de rechterlijke macht als onafhankelijke derde macht, waarbij een verzwakte rechterlijke macht een gevaar is voor de samenleving in haar geheel. Er is ook de jarenlange structurele onderfinanciering en er wordt, bijna terloops, ook gewezen op de onevenredige impact van de pensioenhervormingen. “Wat de magistratenverenigingen vandaag bekritiseren is niet de noodzaak om voor elke burger bij te dragen aan de begrotingsinspanningen, zoals die essentieel wordt geacht, noch de individuele financiële belangen van elke magistraat. Wat de (…) magistratenverenigingen wél bekritiseren, is de manifeste onevenredigheid van de drastische verlaging van de pensioenen”. In mensentaal: als de rechterlijke macht inspanningen moeten doen, gaan de ander machten (het parlement en de regering) dat in dezelfde mate doen?
Intussen geraakte ook bekend dat een groep van jonge magistraten zich in het debat mengt. Ze vangen aan met te zeggen dat ze voor het beroep gekozen hebben uit overtuiging gedreven door het algemeen belang. Nu twijfelen ze en ze verwijzen onder meer naar het gebrek aan middelen: “De besparingen zijn geen loze woorden. Hoewel ons keer op keer beloofd wordt dat ons beroep in haar waarde hersteld zal fworden, blijft het steevast hetzelfde liedje: er zijn te weinig middelen om onze rechtszalen en bureaus te renoveren; er zijn te weinig middelen om nieuw informatica-materiaal aan te schaffen, er zijn te weinig middelen om een GSM te voorzien voor onze wachtdiensten (…) Er zijn zelfs geen middelen om een waterkraantje voor drinkbaar water te plaatsen in onze gebouwen, aangezien dit ook nog eens moet worden aangevuld… zelfs voor een nietjesmachine is er geen budget”. Het debat gaat dus duidelijk over meer dan de aantasting van de pensioenen.
Wat valt er uit de soms warrige communicatie te onthouden? In een democratie zijn er drie staatsmachten, die mekaar in evenwicht moeten houden. De rechters moeten de wet toepassen, recht spreken en geschillen oplossen. Zoals de minister van Justitie in de weekendkranten liet noteren: de uitspraak van een rechter is niet zomaar een mening. Rechterlijke uitspraken moeten worden nageleefd.
De rechterlijke macht moet ook door de andere staatsmachten worden gerespecteerd. Er is het gevoel dat dat gebrek aan respect meespeelt in de pensioendiscussie. In een democratische samenleving worden wijzigingen aan de rechterlijke macht eerst met de magistratuur besproken. Nu heeft de regering eenzijdig gehandeld en het evenwicht tussen de staatsmachten op de helling gezet, waarbij het zeker niet helpt dat de indruk ontstaat dat over de gevolgen van de maatregelen specifiek voor de magistraten niet echt lijkt te zijn nagedacht.
Er is al eerder, onder meer door de Procureur Generaal van het Hof van Cassatie naar aanleiding van de opening van het gerechtelijk jaar, aangedrongen op meer overleg tussen de drie staatsmachten. De regering lijkt de magistratuur niet (meer) te begrijpen en ook het belang steeds minder in te zien van het bewaren van evenwichten. De clash van deze week gaat dus over meer dan enkel de pensioenen, maar de magistraten moeten af van hun pleinvrees en dat ook meer communiceren.
Hugo Lamon
Lees hier meer columns van meester Hugo Lamon over Justitie.
Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen justitie, advocatuur en de juridische en fiscale wereld? Volg Jubel.be op LinkedIn.
0 reacties