Eind 2022 trad een nieuwe Europese richtlijn in werking, de Corporate Sustainability Reporting Directive (afgekort CSRD). Een groot aantal bedrijven zal hierdoor aanzienlijke stappen moeten zetten met betrekking tot hun duurzaamheidsbeleid. Europese bedrijven worden hierdoor namelijk verplicht om jaarlijks uitgebreid te rapporteren over duurzaamheid, en dit volgens vaste rapporteringsstandaarden. In dit artikel gaan we in op het wie, waarom, hoe, wat en wanneer van de CSRD, alsook de relevantie voor accountants.
Voor een update van dit artikel van 29 september 2023: de herziene rapporteringsstandaarden in de CSRD.
Wie?
De CSRD is een uitbreiding van de Non-Financial Reporting Directive (afgekort NFRD), een richtlijn die al sinds 2014 in voege is en in 2017 in het Belgisch Staatsblad werd gepubliceerd. Momenteel moeten slechts een beperkt aantal Europese bedrijven hieraan voldoen (de zogenaamde ‘bedrijven van openbaar belang’). Door de CSRD wordt deze groep enorm uitgebreid: naar schatting zouden 49.000 bedrijven hieronder vallen, tegenover 11.000 voordien.
De CSRD zal van toepassing zijn op volgende organisaties:
- Grote Europese bedrijven (‘large undertakings’) die aan minstens twee van volgende drie criteria voldoen: (i) een balanstotaal van minimum 20 miljoen euro, en/of (ii) een omzet van minimum 40 miljoen euro, en/of (iii) gemiddeld 250 medewerkers gedurende het financieel jaar.
- Beursgenoteerde kmo’s met uitzondering van beursgenoteerde mirco-ondernemingen.
- Niet-Europese bedrijven met een significante omzet in Europa.
Waarom?
De CSRD is onderdeel van de Europese Green Deal, waarin de Europese Commissie een aantal ambitieuze en noodzakelijke duurzaamheidsdoelstellingen voor zichzelf heeft gezet. Een daarvan is om het eerste klimaatneutrale continent op aarde te worden. Om deze transitie mogelijk te maken, is het nodig dat financieringsstromen richting duurzame ondernemingen gaan. Daarvoor is dan weer informatie van bedrijven nodig, zodat financiële spelers (en andere belanghebbenden) onderbouwde beslissingen kunnen maken.
De CSRD is enerzijds een middel om ervoor te zorgen dat banken en investeerders hun rol kunnen spelen in de transitie naar een duurzame toekomst. Anderzijds zorgt de CSRD er voor dat bedrijven een beter inzicht krijgen in hun impact, risico’s en kansen
De CSRD is dus enerzijds een middel om ervoor te zorgen dat banken en investeerders hun rol kunnen spelen in de transitie naar een duurzame toekomst. Anderzijds zorgt de CSRD er voor dat bedrijven een beter inzicht krijgen in hun impact, risico’s en kansen en zo zelf actief kunnen bijdragen aan een duurzamer Europa. Hierbij is het belangrijk om te onthouden dat het rapporteren niet een doel op zich is, maar een manier om de urgente transitie te faciliteren door meer transparantie te creëren rond duurzaamheid binnen bedrijven. Omdat de eindverantwoordelijkheid van de gerapporteerde informatie bij de hoogste bestuursorganen komt te liggen, zal de CSRD als gevolg hebben dat er binnen bedrijven op hoog niveau meer strategisch zal worden nagedacht over duurzaamheid.
Hoe?
Tot op heden is er nog geen gestandaardiseerde manier van rapporteren over duurzaamheidsinformatie. Dit leidt ertoe dat deze informatie vaak onbetrouwbaar en moeilijk te vergelijken is, wat het beslissingsproces van financiële spelers bemoeilijkt. Om hieraan tegemoet te komen worden momenteel Europese rapporteringsstandaarden (European Sustainability Reporting Standards of ‘ESRS’) uitgewerkt door een adviserende instantie, EFRAG. Deze zijn opgedeeld in:
- Algemene standaarden (‘cross-cutting standards’, ESRS 1 & 2).
- Onderwerp-specifieke standaarden (‘topic-specific standards’), bestaande uit: (i) environment (ESRS E1 tot E5), social (ESRS S1 tot S4) en governance (ESRS G1).
Deze standaarden zijn momenteel al in voorlopige versie beschikbaar en worden (hopelijk) gefinaliseerd in juni 2023. Verder zijn er ook sectorspecifieke standaarden (‘sector-specific standards’) in ontwikkeling, alsook aangepaste standaarden voor beursgenoteerde kmo’s. Deze worden verwacht in juni 2024.
Wat?
Valt een organisatie binnen de hogervermelde definitie van ‘groot bedrijf’ (‘large undertaking’), dan kan het zich de komende tijd aan een serieuze berg werk verwachten. In de eerste plaats moeten grote bedrijven informatie verzamelen, die vaak nog niet meteen voorhanden is. Bovendien moeten deze ondernemingen heel wat voorbereidend werk doen om te weten over welke onderwerpen ze precies moeten rapporteren.
Grote bedrijven kunnen zich de komende tijd aan een serieuze berg werk verwachten. In de eerste plaats moeten ze informatie verzamelen, daarnaast moeten ze heel wat voorbereidend werk doen om te weten over welke onderwerpen ze precies moeten rapporteren.
Daarbij gelden er enerzijds de algemene standaarden, die voor iedereen verplicht zijn. Die schrijven voor dat een bedrijf moet rapporteren over haar algemene duurzaamheidsstrategie en -management, en over hoe het haar voornaamste duurzaamheidsgerelateerde impacts, risico’s en kansen bepaalt en beheert. Van bedrijven wordt hierbij verwacht dat zij over de eigen bedrijfsmuren heen kijken, en een goed inzicht hebben in hun keten (leveranciers en klanten) en de impact, risico’s en kansen die zich daar afspelen, volgens het principe van ‘due diligence’ (zorgvuldigheidsplicht).
Anderzijds zijn er de ‘topic-specific standards’, die enkel verplicht zijn voor de relevante thema’s van een bedrijf. Deze thema’s worden bepaald door middel van een dubbele materialiteitsanalyse. Dubbele materialiteit is een van de basisprincipes van de CSRD, om te voorkomen dat bedrijven veel energie zouden besteden aan onderwerpen die voor hen minder relevant zijn. Simpel uitgelegd moet een bedrijf inzicht hebben in waar haar voornaamste impact op milieu en mensen ligt (‘impactmaterialiteit’), alsook in welke (financiële) risico’s en kansen ze loopt rond de duurzame transitie (‘financiële materialiteit’). Over deze materiële thema’s moet het bedrijf rapporteren: over haar strategie, beleid (inclusief in de keten), doelstellingen en prestaties.
Om het nog complexer te maken, zijn er twee belangrijke uitzonderingen op het dubbele materialiteitsprincipe. Met de klimaatcrisis in het vizier, moet iedere onderneming steeds rapporteren over het onderwerp ‘climate change’. Daarnaast moeten bedrijven met minimum 250 medewerkers ook sowieso rapporteren over een deel van de standaarden rond ‘Own workforce’.
Wanneer?
De invoering van de CSRD gebeurt op een gefaseerde manier, startend met de bedrijven die momenteel al onder de NFRD vallen.
- Rapporteren in 2025 over boekjaar 2024: bedrijven die momenteel al onder de NFRD vallen.
- Rapporteren in 2026 over boekjaar 2025: ‘grote bedrijven’ die niet onder de NFRD vallen.
- Rapporteren in 2027 over boekjaar 2026: beursgenoteerde kmo’s.
- Rapporteren in 2029 over boekjaar 2028: Bedrijven buiten de EU met een significante omzet in Europa.
De grootste groep bedrijven heeft dus nog slechts tweeënhalf jaar om zich voor te bereiden.
Relevantie voor accountants?
De ambitie is om de gerapporteerde duurzaamheidsinformatie naar eenzelfde kwaliteitsniveau te tillen als financiële informatie, zodat deze voldoende betrouwbaar en vergelijkbaar is om financiële beslissingen op te baseren. Om die reden is ook externe verificatie meegenomen in de CSRD. Om de kwaliteit van de informatie te garanderen, zal een bedrijf haar informatie moet laten verifiëren door een externe accountant of auditor, en dit vanaf de eerste lichting (rapporteren in 2025 over boekjaar 2024).
Op dit moment is de Europese Commissie assurance-standaarden aan het ontwikkelen, met de verwachting standaarden voor ‘limited assurance’ (verificatie met beperkte mate van zekerheid) in te voeren voor 1 oktober 2026, en ten laatste twee jaar later standaarden voor ‘reasonable assurance’ (verificatie met redelijke mate van zekerheid) voor te stellen. Vóór 2026 kunnen lidstaten nationale assurance-normen, -procedures of -vereisten toepassen voor externe verificatie.
Ook voor accountancybedrijven zit er dus veel werk aan te komen als het gaat om duurzaamheidsinformatie. Om hierop voorbereid te zijn, ziet men grotere accountancy- en audit-bedrijven momenteel al actief aanwerven en opleiden. Voorbereiding is immers het halve werk.
Johanna Haerens is onafhankelijk consultant in corporate sustainability en ondersteunt bedrijven met de voorbereiding op de CSRD.
0 reacties