Als de Kamercommissie Justitie de zomerslaap onderbreekt moet er iets ernstigs aan de hand zijn, of dat zou je toch minstens mogen verwachten. De reden van deze sturm und drang is een dronken minister van Justitie en zijn al even beschonken vrienden die op een zomerse dag in witte outfit (met obligate bermuda) zwalpend de vijftigste verjaardag van de minister vieren in de ruime tuin van zijn villa. De politievakbonden lieten veiligheidsbeelden lekken (hoe zit dat eigenlijk met de discretie van de politiediensten?), waarna de minister zelf de beelden van zijn eigen bewakingscamera’s (by the way: gericht op de openbare weg) verspreidde.
De zatte feestvierders hadden zo kunnen weggelopen zijn van een feest van een of andere jonge balie, de gezelligheidsverenigingen in de advocatuur waar op geen liter alcohol wordt gekeken. De minister was duidelijk niet nuchter, net zomin zoals zijn vrienden. Waarom grijpt niemand de gelegenheid aan om te wijzen op de gevaren van alcoholgebruik (niet spannend genoeg of zo?).
Er ontspint zich nu heus politiek debat over de heikele vraag of de door de camera geregistreerde bewegingen van de minister te kwalificeren zijn als “luchtgitaar spelen”, gewoon (zeer) zat rondlopen of de indruk verwekken een plasbeweging te maken (maar het blijft dan bij de intentie zonder uitvoering). In een opiniestuk in De Tijd (“Een minister van Justitie moet respect kunnen afdwingen, De Tijd 5 september) stelt advocaat Stijn Verbist dat je als minister van Justitie blijk moet geven “dat je min of meer bent opgevoed” en “enige maturiteit” vertoont en dat zou hier allemaal ontbreken. Bij het “plasincident (zijn) minimale fatsoensnormen en eigen van geloofwaardigheid geschonden” zo weet de columnist verder. Toegegeven, een video van zatte mensen is geen fraai vertoon en het is zeker geen goed signaal, maar ook de advocaat weet dat er geen wettelijke norm is overschreden. De zatte kompaan werd overigens netjes afgevoerd met de taxi en het bleef ten slotte toch een privéfeest.
Het gaat natuurlijk om meer, zo hoor ik u al denken. Drie van de genodigden van de minister stonden tegen een politiecombi te plassen, wat hen intussen door de media het epitheton ‘combiplassers’ opleverde. Het politievoertuig stond daar om de minister te beschermen tegen mogelijke terroristische aanvallen. Maar het bleken lege onbemande voertuigen te zijn. Overigens niet eens afgesloten voertuigen, maar dit terzijde (en hoeveel veiligheid biedt zo’n leeg voertuig?).
Dit is dus het verhaal van ‘pipigate’, maar het blijft in essentie om wildplassen gaan van de zatte vriendjes van de minister. Dat is nergens in dit land een vervolgingsprioriteit en geeft hooguit aanleiding tot een GAS-boete. Daar onderbreken dus de parlementsleden in ons land hun vakantie voor. Waarvan akte. En waarom alleen daarvoor?
Intussen heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens ons land in een arrest van 5 september veroordeeld in de zaak Van den Kerkhof t. België wegens schending van de mensenrechten. Het gebeurt wel meer dat ons land wordt veroordeeld door die vermeende “activistische rechters” (vraag tussendoor: zijn dat dan juridische wildplassers?), maar dit arrest is toch bijzonder. Het Hof stelt dat de problemen in verband met de buitensporig lange duur van de procedures in het gerechtelijk arrondissement Brussel van structurele aard zijn en daarom in strijd met de mensenrechten. “Een staat kan niet alleen verantwoordelijk worden gehouden voor vertragingen bij de behandeling van een bepaalde zaak, maar ook voor structurele tekortkomingen in zijn rechtstelsel die tot buitensporige vertragingen leiden”.
Dat ons land systematisch de mensenrechten schendt wegens onaanvaardbare vertragingen in de behandeling in het gerechtelijk arrondissement Brussel zou alarmerend moeten zijn. Dat is een reuzengrote pipigate, omdat de overheid door die gebrekkige werking de rechtzoekende op een systematische wijze “in de zeik zet”. Maar hier geen vervroegde samenkomst van de Kamercommissie justitie. Geen breaking news op alle IPhones. Geen maatschappelijke commotie. Geen persverklaringen van de minister van Justitie, zelfs geen vraag om een verantwoording of een reactie. Niemand die het ontslag vraagt van iemand of zelfs maar de vraag naar de verantwoordelijkheden stelt.
Mag het eigenlijk nog, zich verbazen over de prioriteiten van de politici? Vormt het systematisch wegkijken van de door het Hof voor de Rechten van de Mens aangekaarte fundamentele problemen geen schending van minimale fatsoensnormen die de geloofwaardigheid van de hele politieke elite aantasten? En is wegkijken dan geen gebrek aan maturiteit of geldt dat alleen wanneer je dronken vriend staat te plassen?
Of is het zoals vaak: we dronken een glas, deden een plas en alles bleef zoals het was?
Hugo Lamon
Lees hier meer columns met de visie van meester Hugo Lamon op Justitie.
Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen justitie, advocatuur en de juridische en fiscale wereld?
Volg Jubel.be op LinkedIn.
0 reacties