Het Wetboek van Strafvordering en het Strafwetboek staan voor een grote omwenteling. De wetgeving, die dateert uit de 19e eeuw, is volledig achterhaald en vraagt om een krachtdadige update. Ook de rol van de onderzoeksrechter wijzigt grondig. Wat zijn de continuïteiten in het huidige en het nieuwe systeem? Welke ingrijpende veranderingen aangaande de functie van de onderzoeksrechter binnen een juridische procedure zijn er op til?
Van twee naar één vorm(en) van onderzoek
In het nieuwe systeem stapt justitie af van de twee bestaande soorten onderzoek. Op dit moment wordt het opsporingsonderzoek enerzijds uitsluitend uitgevoerd door het Openbaar Ministerie en is het gerechtelijk onderzoek anderzijds in handen van de onderzoeksrechter. Bij de doorvoering van de hervorming van het Wetboek van Strafvordering, zal dat onderscheid echter verdwijnen. Daardoor zal er nog slechts één vorm van onderzoek bestaan waarbij het Openbaar Ministerie de volledige verantwoordelijkheid draagt.
Toch zal het Openbaar Ministerie in sommige gevallen moeten terugkoppelen naar een ‘rechter van het onderzoek’, met name de onderzoeksrechter in zijn nieuwe functie. De onderzoeksrechter zal niet meer de magistraat zijn die mee onderzoekt in het gerechtelijke onderzoek. In de plaats daarvan zal het Openbaar Ministerie hem of haar moeten contacteren bij het stellen van onderzoeksdaden die ingrijpend zijn voor het privéleven van de betrokkenen zoals bij een huiszoeking of bij een voorlopige hechtenis. Daarnaast zal een onderzoeksrechter de functie vervullen van beslissingnemer bij inzage in het dossier of bij eventuele vrijgave van inbeslaggenomen goederen.
De rol van de onderzoeksrechter bij voorlopige hechtenis
De onderzoeksrechter vervult bovendien een bijzondere rol inzake de procedure bij voorlopige hechtenis. Eens de procedure van aanhouding gestart is, zal de onderzoeksrechter immers instaan voor de maandelijkse controle. De raadkamer zal, in tegenstelling tot vandaag, nog slechts éénmaal tussenkomen namelijk binnen de eerste vijf dagen na aanhouding. Indien de hechtenis bevestigd wordt, zal de onderzoeksrechter de uiteindelijke taak waarnemen om van maand tot maand de hechtenis te beoordelen.
Conclusie
Het Openbaar Ministerie heeft in dit nieuwe systeem dus de verantwoordelijkheid om het onderzoek van begin tot einde te voeren. De rol van de onderzoeksrechter krijgt daardoor een vernieuwde invulling. Waar de onderzoeksrechter vandaag de dag voornamelijk aangesteld wordt als “onderzoeker”, zal hij na de hervorming van het Wetboek Strafvordering eerder als “rechter” optreden. Hij of zij blijft echter een belangrijke stempel drukken als controleorgaan op het goede verloop van het onderzoek en op eventuele te nemen maatregelen waarvoor diens toestemming nodig is.
Dit artikel is een samenvatting van een interview met mr. John Maes over het nieuwe Wetboek Strafvordering dat eerder verscheen op advocatennet.be. De bijhorende video kan u hieronder integraal raadplegen.
Meer interessante expertise-video’s van John Maes aangaande Strafrecht bekijken, kan hier.
0 reacties