18 okt 2019 | Expertise

De private privak: een stand van zaken

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 18/10/2019 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Nu de private privak versie 3.0. enige tijd in werking is, is het goed om eens terug te kijken en een stand van zaken op te maken.

Evolutie van de private privak

De private privak is een alternatieve instelling voor collectieve belegging. De wet van 22 april 2003 en het koninklijk besluit van 15 mei 2003 vormen het initiële juridische kader. Bedoeling van dit nieuwe beleggingsvehikel was het aanmoedigen van investeringen in niet-beursgenoteerde ondernemingen. Hoewel er een zeker enthousiasme over de private privak was, bleek algauw dat er toch nog aan gesleuteld moest worden. De wetgever kwam dan ook al gauw met de eerste hervormingen. Dit leidde in 2007 tot de private privak versie 2.0.

In 2018 werd dan de private privak, versie 3.0 op poten gezet. Nieuwe wijzigingen volgden na overleg met de sector.

De regeling in hoofdlijnen

De term private privak zegt het al: dit investeringsvehikel brengt kapitaal bijeen van privé-investeerders. Deze private beleggers zijn beleggers die voor eigen rekening ingaan op een aanbieding die geen openbaar karakter heeft. De belegger moet daarbij een inleg doen van minstens 25.000 euro. Het gaat daarbij om een engagement, de belegger moet dus niet onmiddellijk de volle 25.000 betalen.

De private privak schrijjft met het ingezamelde kapitaal in op financiële instrumenten van niet-beursgenoteerde vennootschappen zoals: aandelen, winstbewijzen, obligaties, deelneminsgrechten, alle andere effecten en leningen.

De privak kan de vorm van een naamloze vennootschap of een gewone commanditaire vennootschap aannemen.

Een privake privak wordt in principe opgericht voor een periode van twaalf jaar die maximaal twee maal verlengd kan worden met drie jaar. Wat maakt dat de totale maximum bestaansduur van een private privak achttien jaar bedraagt.

De regelgeving bevat een hele reeks bijzondere bepalingen over de hoedanigheid van de investeerders, het minimumaantal en de verbondenheid tussen investeerders onderling.

De fiscale behandeling

Om erkend te worden als private privak moet het vehikel zich laten registreren bij de FOD Financiën vooraleer investeringen te doen. De FOD kan de erkenning intrekken als de privak de regels niet naleeft.

Bedoeling is dat investeren via een private privak fiscaal neutraal is. Dat wil zeggen dat de investeerders niet slechter mogen af zijn dan wie rechtstreeks investeert.

De taxatie van de privak

De private privak is onderworpen aan het gewone  tarief in de vennootschapsbelasting (29,58%, 25% vanaf 2020), maar dan op een lage belastbare basis. Die belalstbare basis bestaat immers alleen maar uit ontvangen abnormale en goedgunstige voordelen en bepaalde verworpen uitgaven. Om in aanmerking te komen voor deze toch wel gunstige fiscale behandeling moet de private privak wel aan enkele voorwaarden voldoen. Zo moeten de aandelen waarin de privak investeert in aanmerking komen voor de deelnemingsvrijstelling, ook investeringen in andere private privaks zijn toegelaten.

De taxatie van de investeerder

Deze investeerder kan zowel een vennootschap als een natuurlijke persoon zijn.

De algemene regel is dat de dividenden die de private privak uitkeert aan de achterliggende investeerders vrijgesteld zijn van roerende voorheffing voor zover die dividenden voortkomen uit meerwaarden op aandelen gerealiseerde door de privak. Op andere dividenden betaalt de investeerder-natuurlijke persoon een verlaagde RV (15 % of 20 %) op voorwaarde dat hij ook bij een rechtstreekse investering (in de ondernemingen waarin de privak investeerde) in aanmerking zou komen voor dit verlaagd tarief. In andere gevallen is het gewoon tarief van 30 % van toepassing. Hoe dan ook is de RV voor de natuurlijke persoon de eindbelasting.

Doet een natuurlijk persoon verlies bij de liquidatie van een private privak opgericht vanaf 1 januari 2018 (een minderwaarde), krijgt hij een belastingvermindering in zijn personenbelasting van 25 % (maximum 25.000 euro). Zijn verlies wordt dus fiscaal enigszins gecompenseerd.

 

Dit artikel is gebaseerd op een uitgebreid Engelstalig artikel van Luc Meeus en Thomas Gernay in nr.8 van het gespecialiseerde Tijdschrift Beleggingsfiscaliteit. Hierin kunt u meer in detail over de regeling lezen. Meer weten hierover, neem dan een kijkje op onze webshop.

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.