Toen het boek verscheen was er bij sommigen nog enige heimwee naar de periode dat advocaten bijvoorbeeld geen reclame mochten maken. Toen ik in het begin van de jaren ’90 opiniestukken in de krant liet verschijnen over justitie durfde ik dat niet als advocaat te ondertekenen, want mijn toenmalige stafhouder beschouwde dat als onrechtmatige reclame. Het was daarom veiliger om dat dan te ondertekenen als universiteitsassistent.
Intussen zijn advocaten juridisch ‘ondernemers’, zeker nu ze ook kunnen failliet worden verklaard, ze onderworpen zijn aan o.m. de boeken III en VI van het WER en recent ook nog onder het toepassingsgebied vallen van boek XIX van hetzelfde wetboek. Sommigen waren -en zijn – huiverig bij die gedachte. Zij verwijzen dan graag naar het in Frankrijk in bepaalde kringen populaire onderscheid tussen “l’avocat romantique” en “l’avocat commerçant”. De eerste categorie zou dan de idealisten omvatten, die op grond van de allesoverheersende rechten van verdediging enkel het algemeen maatschappelijk belang voor ogen hebben en hun eigen voordeel daaraan ondergeschikt maken. De “avocat commerçant” is dan de koele ondernemer die enkel gaat voor zijn eigen profijt en voor wie de deontologie een kwalijke hinderpaal zou zijn. Die tegenstelling is vals, of toch minstens in grote mate achterhaald. Het tijdschrift Today’s Lawyer (dat zijn tiende verjaardag viert, waar ik als medeoprichter toch wel wat trots op ben) heeft terecht als baseline “advocaat, ethisch ondernemer”. Het ene gaat noodzakelijkerwijze samen met het andere.
Er is wel een andere categorie van advocaten die een steeds belangrijkere rol speelt. Het gaat niet zozeer over de “avocat romantique” of de “avocat commerçant”, maar eerder de “avocat fonctionnaire”. Het zijn de advocaten die hun mandaat krijgen van de overheid of door die overheid worden betaald. Ze zijn curator, gerechtelijk mandataris (schuldbemiddelaar, bewindvoerder) of ze werken in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en de Salduz-verhoren (waardoor ze niet onderworpen zijn aan het Wetboek van Economisch Recht en hun factuur door de overheid wordt betaald).
Op dit ogenblik bespreekt het parlement het wetsontwerp over de “modernisering” van de advocatuur. Een vorige minister van Justitie liet twee advocaten voorstellen uitwerken, maar het ontwerp dat nu voorligt is veel minder ambitieus. De balies waren er, zelfs na twintig jaar, nog niet klaar voor om de regelgeving van het beroep grondig te hervormen. Alhoewel in het WER het begrip “handelaar” is geschrapt, zal artikel 437 Ger.W. (dat een advocaat verbiedt activiteiten van “handel en nijverheid” te verrichten) door de wetgever niet worden afgeschaft en zal het dus vroeg of laat door het Grondwettelijk Hof moeten worden vernietigd. Ook artikel 446 ter Ger. W. (met de Napoleontische visie over de “erelonen” van advocaten) wordt niet afgeschaft ondanks arresten van het Hof van Justitie.
De institutionele warboel van de advocatuur wordt evenzeer ongemoeid gelaten. Er zijn provinciale balies, maar dan weer niet in Oost-Vlaanderen. Die overbevolkte lokale balies hebben nauwelijks nog bevoegdheden, maar de structuur zal niet veranderen.
De Orde van Vlaamse Balies zet volop in op een moderne advocatuur (het congres “Magie van het recht” toont de uiteenlopende aandachtspunten van de Orde). Er worden zelfs opleidingen zelfverdedigingstechnieken georganiseerd, inclusief promotiefoto’s op de turnmat. Intussen blijven sommige van die lokale balies zich nestelen in hun zelfverklaarde eigenheid en doen ze er alles aan om met eigen regeltjes en gebruiken te willen aantonen dat de Orde van Vlaamse Balies niet enkel ver van hun bed is, maar vooral te bekampen of minstens te vermijden. Dat lokale niveau is door de OVB misschien ook te veel verwaarloosd en misschien ook door de geëngageerde advocaten zelf. Het mag niet de verzamelplaats worden van zij die de “avocat rétrograde” willen koesteren. Het is niet eenvoudig om in die sfeer enthousiast te blijven over het beroep, al valt het te hopen dat er ook daar velen hun schouders willen zetten onder de noodzakelijke vernieuwing van de advocatuur.
Hugo Lamon
Lees hier meer columns met de visie van meester Hugo Lamon op Justitie.
Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen justitie, advocatuur en de juridische en fiscale wereld? Volg Jubel.be op LinkedIn.
Hugo Lamon ziet er toch nog goed uit voor iemand die “publiekelijk werd afgemaakt”. Ik kijk uit naar zijn boek “Les aventures d’un avocat romantique”.