In de laatste twee decennia deden een aantal ingrijpende aardverschuivingen de internationale fiscale wereld op z’n grondvesten daveren. De wereldwijde financiële crisis uit 2008, maar ook recente onthullingen zoals de Panama Papers en LuxLeaks zorgden ervoor dat de gehanteerde werkwijzen betreffende grensoverschrijdende fiscaliteit en winstmaximalisatie grondig in vraag werden gesteld. Ten gevolge daarvan dienden nieuwe initiatieven zich aan. Met name op internationaal niveau, stelden zowel de OESO als de EU een aantal maatregelen voor die zogenaamde ‘agressieve fiscale planning’ aan banden leggen en die informatie-uitwisselingen tussen buitenlandse overheden vergroten. Wij geven u graag een laatste stand van zaken.
FATCA en het BEPS-actieplan
In 2010 nam de VS een grote stap naar meer internationale fiscale transparantie met de invoering van de FATCA (Foreign Account Tax Compliance Act). Deze wetgeving verplicht financiële instellingen buiten de Verenigde Staten ertoe om informatie vrij te geven over Amerikaanse ingezetenen met als doel het risico op belastingontwijking en ‘hybride mismatches’ te verkleinen. In navolging daarvan, riep de OESO drie jaar later, in 2013, het BEPS-project (Base Erosion and Profit Shifting) in leven. Dit resulteerde in het BEPS-actieplan waarin de OESO een vijftiental concrete richtlijnen opnam die een halt moeten toeroepen aan de uitholling van de belastbare basis en aan winstverschuivingen.
Transfer Pricing
In het kader van Transfer Pricing hebben vele landen bijkomende acties ondernomen. Zo moeten ondernemingen die over de landsgrenzen heen actief en met elkaar verbonden zijn, vandaag de dag verplicht aantonen waar de waardeketen van het bedrijf precies wordt gecreëerd. Dit systeem van rapportering verhindert ondernemingen en multinationals bijgevolg om de waardecreatie in landen met een hoge belastingvoet zo laag te mogelijk houden en de winsten te ‘verschuiven’ naar landen met een lage belastingvoet. Concreet gebeurt de rapportering aan de hand van een documentatieverplichting aan de betrokken overheden die bovendien vanaf dit jaar ook in België geldt. De structuur van deze gestandaardiseerde aangifte is drieledig en bestaat uit een groepsdossier (Masterfile), een landenrapport (Country-by-Country Rapporting) en een lokaal dossier verrekenprijzen (Local File) dat moet worden meegestuurd met de aangifte van de vennootschapsbelasting.
De Europese ATAD-richtlijn
Ook de recente Europese ATAD-richtlijn (Anti-Tax Avoidance Directive) heeft tot doel de uitholling van de belastbare basis tegen te gaan en ondernemingen te verhinderen enkel waarde te creëren in EU-lidstaten waar de belastingdruk laag is. De oorspronkelijke ATAD-richtlijn werd na het Zomerakkoord van 2017 tevens in de Belgische wetgeving ingeschreven en bestaat met name uit vijf concrete maatregelen waarvan de Exit-Tax en de daarmee samenhangende CFP-regelgeving (Controlled Foreign Companies) slechts twee voorbeelden zijn.
Wanneer een onderneming de grens oversteekt, zal het alvorens zijn ‘exit’ getaxeerd worden op basis van de waarde die ze overbrengt van de ene EU-lidstaat naar de andere. Bovendien zullen “Controlled Foreign Companies” belast worden op niet uitgekeerde winsten die ze behaalden via laag belaste dochteraannemingen in het buitenland. De Belgische Kaaimantaks kan als het ware beschouwd worden als een nationale afgeleide van deze internationale CFP-regels. Ook het recente UBO-register dat ertoe dient informatie te verzamelen over de uiteindelijke begunstigde(n) van alle in België opgerichte ondernemingen of soortgelijke entiteiten – en waarvoor de deadline tot registratie overigens is uitgesteld tot 30 september 2019 – kadert in een wereldwijde tendens naar meer fiscale transparantie en informatie-uitwisseling.
Naar een Common Consolidated Tax Base binnen Europa?
Binnen de Europese Unie gaan er ten slotte stemmen op om een geconsolideerde belastingvoet in te voeren die zou gelden voor alle EU-lidstaten. Het idee speelt reeds vijftien jaar in de hoofden van Europese beleidsmakers maar tot nog toe ontbreekt een gemeenschappelijk politiek draagvlak. Toch zijn wereldwijde tendensen tot gegevensuitwisseling niet meer weg te denken uit het internationale fiscale landschap en zullen zulke initiatieven in de toekomst alleen nog maar aan belang winnen.
Is uw onderneming actief in het buitenland en wil u zich graag verdiepen in (bovengenoemde) concrete aspecten van het Europees en Internationaal Fiscaal Recht?
De Fiscale Hogeschool biedt via gespecialiseerde lessenreeksen en seminaries de mogelijkheid aan externe professionals om zich bij te scholen in fiscale thematieken. Binnen de lessenreeks “Europees en Internationaal Fiscaal Recht” gaan diverse sprekers en specialisten dieper in op bovenstaande onderwerpen. Benieuwd? Meer informatie over de inhoud en opleidingsdata van deze lessenreeks vindt u hier.
Rechtstreeks inschrijven voor afzonderlijke seminaries kan tevens hieronder:
- Het UBO-register: extern mandaat mogelijk, praktische toepassingen vanaf 31 maart aanstaande, donderdag 21 februari 2019 (Brussel)
- Het UBO-register: extern mandaat mogelijk, praktische toepassingen vanaf 31 maart aanstaande, vrijdag 1 maart 2019 (Laakdal)
- De kwalificatie van inkomsten uit puur digitale transacties – een internationaal perspectief, donderdag 7 maart 2019 (Brussel – gratis opleiding)
- Principes van Transfer Pricing, woensdag 13 maart 2019 (Brussel)
- Internationale tewerkstelling, woensdag 20 maart 2019 (Brussel)
- Internationale pensioenen, woensdag 27 maart 2019 (Brussel)
- Internationale herstructurering van vennootschappen, woensdag 3 april 2019 (Brussel)
- Aspecten van internationale onroerendgoedfiscaliteit, woensdag 24 april 2019 (Brussel)
- Fiscale aandachtspunten bij grensoverschrijdende internationale fiscale planning, donderdag 2 mei 2019 (Brussel)
0 reacties