Elke dag rijden we onze veiligheid verder richting de afgrond. Het enige antwoord dat onze samenleving daarop lijkt te geven, is het gaspedaal nog harder indrukken. De constante drang om strenger te straffen, brengt onze collectieve veiligheid in gevaar. We zijn op het punt gekomen waarop strafuitvoering criminaliteit eerder in stand dreigt te houden dan dat het criminaliteit oplost. Het moet radicaal anders.
Onze gevangenissen barsten uit hun voegen: met 12.800 gedetineerden op een capaciteit van 11.000 kampen we met zo’n 15% overbevolking. Cellen zijn overvol en gedetineerden liggen letterlijk op elkaar gestapeld. De omstandigheden worden met de dag schrijnender. Het is de perfecte voedingsbodem voor frustratie, haat tegen het systeem en een steeds sneller toenemend risico op geweld. Recidive wordt in onze gevangenissen momenteel meer in de hand gewerkt dan vermeden. Voor gevangenispersoneel is het allang niet meer mogelijk om gedetineerden te helpen om op het spreekwoordelijke rechte pad te raken. Waar idealisme ooit centraal stond in hun denken en handelen, heeft cynisme nu de bovenhand genomen. Er lijkt allerminst beterschap op komst.
Strafuitvoering heeft in essentie twee hoofddoelen: de samenleving beschermen en het gedrag van overtreders corrigeren. Maar de maatschappelijke druk om telkens harder te bestraffen, heeft de voorbije jaren tot een enorme strafinflatie geleid. Allerlei misvattingen voeden dit fenomeen. “Justitie is te laks.” Toch is de voorbije jaren het aantal personen dat in de gevangenis een straf uitzit aanzienlijk gestegen. “Politie pakt op, Justitie laat lopen.” Nochtans is het aantal personen in voorlopige hechtenis nog nooit zo hoog geweest. “Iedereen komt na een derde van zijn straf vrij.” Maar in werkelijkheid zit bijna de helft van de gedetineerden zijn straf volledig uit.
De ongemakkelijke waarheid is dat de detentie in de huidige omstandigheden van de overvolle gevangenissen vooral maatschappelijke en individuele schade toebrengt
Er is geen enkele wetenschappelijke onderbouwing dat opsluiting delinquenten tot inkeer brengt en de veiligheid op lange termijn verhoogt, wel integendeel. De ongemakkelijke waarheid is dat de detentie in de huidige omstandigheden van de overvolle gevangenissen vooral maatschappelijke en individuele schade toebrengt aan de gedetineerde en zijn omgeving en dat verhindert diens resocialisatie en herstel. Toch doen we het massaal. Door veel en lang te straffen, en de manier waarop, zijn we op het punt gekomen dat er van rehabilitatie of correctie van gedrag van overtreders – nochtans een van de hoofddoelen van strafuitvoering – geen sprake meer is. Het recidivecijfer blijft met 70% torenhoog en elke dag breidt de gevangenispopulatie uit. Je hoeft geen wiskundige te zijn om te weten dat 70% van een steeds grotere groep gedetineerden steeds meer recidivisten oplevert. Lange gevangenisstraffen geven een vals gevoel van veiligheid en houden criminaliteit zelfs in stand. Hierdoor schieten we ook het andere hoofddoel voorbij: de samenleving beschermen.
Daarenboven zijn onze gevangenissen een opvangplaats geworden voor problemen die elders onvoldoende worden aangepakt. Zo verblijven er ruim 1.000 geïnterneerden in de psychiatrische annexen van de gevangenissen, terwijl zij thuis horen in forensische zorginstellingen en gespecialiseerde hulp nodig hebben.
Uiteraard moeten we investeren in moderne gevangenissen en detentiefaciliteiten. Maar wie denkt dat alleen extra capaciteit de oplossing is, slaat de bal mis.
Afgelopen legislatuur werden er ruim 1.000 plaatsen bij gecreëerd in de gevangenissen. Dat is een verhoging van de capaciteit met bijna tien procent, en in verhouding veel meer dan de bevolkingsgroei in ons land. Deze extra capaciteit heeft enkel geleid tot nog meer gedetineerden, die bovendien ook langer opgesloten blijven.
Ook voor geïnterneerden werden de voorbije jaren buiten de gevangenissen zo’n 1000 nieuwe plaatsen voorzien in het forensische zorgcircuit. Desondanks kenden we, na een kortstondige daling van het aantal geïnterneerden in onze gevangenissen tot ongeveer 500, opnieuw een forse stijging naar meer dan 1.000 geïnterneerden.
Bijkomende capaciteit lijkt dus vrijwel steeds een aanzuigeffect te hebben, dat niet eenduidig te verklaren of voorspellen valt, maar vele oorzaken lijkt te kennen.
Om de overbevolking op korte termijn beheersbaar te houden, zijn er daarom duidelijke en vaststaande mechanismen nodig die in werking treden als de capaciteit wordt overschreden. Maar dat is lang niet voldoende om het tij te keren.
Finland bewijst al sinds de jaren ‘60 dat een menselijk en effectief gevangenisbeleid mogelijk is. Daar wordt gefocust op rehabilitatie in plaats van straf
Om echt bij te kunnen dragen aan een veilige samenleving, is er een shift nodig van kwantiteit naar kwaliteit. We hoeven daarbij het warm water niet opnieuw uit te vinden. Finland bewijst al sinds de jaren ‘60 dat een menselijk en effectief gevangenisbeleid mogelijk is. Daar wordt gefocust op rehabilitatie in plaats van straf. Slechts 15% van de gedetineerden, namelijk enkel zij die een acuut gevaar vormen, zit in gesloten strafinstellingen. De meeste gevangenen verblijven in open gevangenissen waar ze werken, onderwijs volgen en sociale vaardigheden ontwikkelen. Het recidivecijfer bedraagt er 35% en dat is het laagste van Europa. Ook de gevangenispopulatie ligt er zeer laag met 50 gedetineerden per 100.000 inwoners, tegenover een EU-gemiddelde van 120.
Ons land heeft de afgelopen jaren terdege stappen in de juiste richting gezet. Met de invoering van detentiehuizen, transitiehuizen en het statuut van detentiebegeleiders is een basis voor kleinschalige detentie en kwalitatief maatwerk gelegd. Met de herstelkamers in de rechtbanken werken we eerst aan onderliggende problemen in plaats van zonder meer te straffen. Het nieuwe Strafwetboek dat in 2026 van kracht wordt, legt niet langer de nadruk op gevangenisstraf maar wel op alternatieve straffen waarvan is bewezen dat ze de kans op recidive verminderen.
Toch is er nog een lange weg te gaan om deze visie ook in de praktijk om te zetten. Dat zal enkel gebeuren met een voldoende maatschappelijk draagvlak en als er een mind-shift komt in de hoofden van ons allen. De wetgever zal hoe dan ook moedige keuzes moeten maken. Willen we dat gedetineerden beter rehabiliteren en minder recidiveren, dan moeten zij in de eerste plaats opnieuw perspectief aangereikt krijgen. Hiervoor moeten de strafmaten op allerlei misdrijven omlaag. Er zijn ook duidelijke en transparante regels nodig over strafuitvoering, met name wanneer iemand in aanmerking komt voor een voorwaardelijke invrijheidsstelling en onder welke voorwaarden. Want de onzekerheid en uitzichtloosheid waarin veel gedetineerden momenteel verkeren, werkt recidive in de hand.
De keuzes waarvoor we staan, zullen soms tegen de intuïtie ingaan maar zijn wel wetenschappelijk onderbouwd. Criminologie is dan ook een contra-intuïtieve wetenschap. We mogen niet langer tijd verliezen door mensen te laten wegkwijnen tussen vier muren, de detentieschade steeds hoger te laten oplopen en recidive in de hand te werken. Blijven we zo verder doen, dan zal onze veiligheid en het geloof in Justitie enkel maar verder afbrokkelen. Niet enkel Justitie zal overigens moedige keuzes moeten maken. Criminaliteit voorkomen begint in de eerste plaats bij onderwijs, economie, armoedebestrijding, inburgering en samenlevingsopbouw.
Begrijp me niet verkeerd. Gevangenissen en gevangenisstraffen zullen we nodig blijven hebben. Er is heus wel een groep mensen die écht een gevaar voor de samenleving betekent. Maar het rechtssysteem kan niet langer volledig afgestemd worden op deze minderheid. Waanzin is steeds opnieuw hetzelfde doen en andere resultaten verwachten. Je hoeft lang geen Einstein te zijn om te zien dat het op deze manier niet verder kan. Een brand blus je nu eenmaal niet door er benzine over te gooien.
Mathilde Steenbergen – directrice-generaal van het DG Penitentiaire Inrichtingen
0 reacties