Volgens sommigen is optimisme een morele plicht en moeten we ophouden met altijd maar te zeuren over wat er misgaat in de (juridische) wereld. Is het niet eerder aangewezen om, zoals de minister van Justitie, zonder vest en met opgerolde hemdsmouwen (ja, zelfs tijdens deze wintermaanden) er voluntaristisch een lap op te geven?
Maar toch: dit weekend hebben gedetineerden in de gevangenis van Hasselt geprotesteerd. Ze werden daarin gesteund door zowel de gevangenisdirecteur als de cipiersvakbonden. Een gevangenis met 642 gevangenen, waar er plaats is voor 420. Zeventien gevangenen hebben er geen bed en moeten op de grond slapen. In eenpersoonscellen van tien vierkante meter moeten drie mensen ophokken en in cellen bestemd voor vier gedetineerden zitten ze met acht. “Het is een beschaafd land als België onwaardig”, zo stelt de gevangenisdirecteur in Het Belang van Limburg (HBVL, 27 februari). “Fuck, dit moet ik even exposen”, zou een influencer zeggen.
Laten we optimistisch blijven. Maar toch, een influencer met groot bereik in de virtuele wereld is veroordeeld omdat hij naar eigen zeggen enkel vertolkt wat er bij zijn vele volgers leeft. Als de rechter niet beslist wat de perceptie eist, vindt de influencer het zijn taak om zelf rechter te spelen en dit te “exposen”. Hij is nu zelf veroordeeld. Onmiddellijk na de uitspraak rende zijn advocaat naar de televisiestudio’s om te melden dat de veroordeling een schande was. Ja, het was zijn idee om geen werkstraf of de opschorting te vragen, want enkel een vrijspraak was hier een correct oordeel. Er zou beroep volgen, of dat zou hij toch met aandrang aan zijn cliënt adviseren. De influencer liet, uiteraard via social media, weten dat hij dat via de media gecommuniceerde advies van zijn advocaat aan zijn laars ging lappen en zou berusten in de uitspraak. Het is weer wat nieuws, het overleg over de processtrategie vanuit de televisiestudio en op YouTube. Eén ding is wel zeker: moest ik als advocaat zo handelen, ik zou het mogen gaan uitleggen bij mijn stafhouder. En daar zou het, zo ken ik hem wel, niet bij blijven. Is er nu ook al aan de balie sprake van klassenjustitie omdat de ene advocaat meer mag dan de andere? Mag ik dat nu ook even exposen in het licht van de vrijheid van meningsuiting en is dat wel een gezonde evolutie?
Laten we met z’n allen toch de moed behouden. Zelf ben ik gepassioneerd met recht bezig en ik ken vele advocaten en magistraten met dezelfde ingesteldheid (allicht is die gedeelde passie voor sommigen een bewijs van klassenjustitie). En dan verschijnt plots de rede die Professor Van Domselaar uitsprak bij de aanvaarding op 16 februari van haar leerstoel “rechtsfilosofie en beroepsethiek voor juristen” aan de universiteit van Amsterdam (Recht, ethiek en de schreeuw van Filoktetes. Wat juristen burgers verschuldigd zijn, Boom uitgevers). De deontologie van juristen, dus ook die van advocaten en magistraten, moet vertrekken van de noden van de burgers stelt de professor onomwonden. Te hoog opgeleid zijn in de “instrumentele techniek” van het recht kan ervoor zorgen dat juristen vervreemden van de “medemenselijkheid” die het recht moeten kenmerken. Het is een variant op wat in Vlaanderen als “positieve deontologie” wordt omschreven en wat influencer Acid wat schreeuwerig in jongerentaal wist om te zetten.
De professor vindt dat er nood is aan een burgergerichte deontologie en dus ook advocaten op zoek moeten gaan naar de gevolgen van hun (niet) handelen voor de burgers en oog voor moeten hebben dat hun professioneel handelen kan leiden tot gevoeligheden bij burgers (zoals inertie, verlamming, zwaarmoedigheid of sentimentalisering). Prof. Van Domselaar hangt haar visie op deontologisch handelen op aan de Filoktetes van Sofocles. Het is een tragedie uit 409 voor Christus. Voor Van Domselaar is het een aanzet voor een “Filoktetische deontologie” waar ook voor advocaten de vraag aan de orde is of hun strategische keuzes in een dossier wel voldoende afgestemd zijn op de gerechtvaardigde belangen van burgers (en dus niet enkel van de cliënt). Wat zijn de advocaten aan de burgers, en bij uitbreiding de samenleving, verschuldigd is de onderzoeksvraag.
De zaak van influencer Acid lijkt de voorbode te zijn van een kortsluiting tussen de “echte” wereld en de alsmaar invloedrijker wordende “virtuele” wereld, zeker wanneer het over de perceptie van justitie gaat. Dat vele jongeren de YouTube-boodschap verkiezen boven deze van de rechtbank van de “echte” wereld is zorgwekkend en moet ook de juridische wereld tot reflectie aanzetten. Misschien dat de oude Filoktetes ons daarbij wel meer kan helpen dan de efemere Acid.
Hugo Lamon
Lees hier meer columns met de visie van meester Hugo Lamon op Justitie.
Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen justitie, advocatuur en de juridische en fiscale wereld? Volg Jubel.be op LinkedIn.
Dit moet verplichte lectuur zijn, zeker voor stafhouders.
Aan te raden lectuur voor alle confraters.