19 sep 2017 | Actualia, Advocaten, Balies

Een onafhankelijke advocatuur is niet meer aan de orde

Door Jubel

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 19/09/2017 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Een ‘G-Polis’ ?

De minister van justitie Koen Geens heeft met het nieuwe bestuur van de Orde van Vlaamse Balies (de groepering van Vlaamse balies) een (ultiem) bijkomend gesprek in oktober 2017 over zijn voorstel K.B. tot vaststelling van de minimale voorwaarden waaraan een verzekeringsovereenkomst rechtsbijstand moet voldoen opdat de premie ervan in aanmerking zou komen voor belastingvermindering.

Het doel van de minister – de vraag mag duidelijk gesteld worden of dit het enige doel is van de minister – met voorliggend voorstel van K.B. is de rechtsbijstandsverzekering aantrekkelijker maken voor de burger. Vooral de fiscale aftrek van de premie zou de mensen uit de middenklasse baten bij het afsluiten van een ‘G-polis’.

De ‘O-polis’!

De bestaande[1] rechtsbijstandpolis uitgetekend door zijn voorganger, minister van justitie Laurette Onkelinckx, zou geen succes zijn. Ik weet dat niet, zo is het mij evenmin bekend of ooit door de advocatenordes de in dit K.B. voorziene jaarlijkse evaluatie werd bezorgd aan de minister van justitie. Dergelijke evaluatie was ook bedoeld om voorstellen en suggesties van de advocatuur te bekomen over de bestaande rechtsbijstandverzekering.

Het bestaande K.B. voorziet in de vrijstelling van de jaarlijkse taks op verzekeringsverrichtingen en is soms ruimer[2] dan het voorliggend voorstel, soms beperkter.

Belangrijk is dat het K.B. geen lijst met maximumbedragen in bijlage heeft, noch sprake is van ‘conventionering’ van advocaten.

Bovendien zijn de advocatenordes – voor zoveel ik weet – nooit betrokken bij het tot stand komen van het betreffend K.B., zoals zij evenmin ooit betrokken waren bij de polis rechtsbijstand auto of rechtsbijstand polis familiale.

De verzekeringsmarkt 

Het is uiteraard geen probleem dat de verzekeraars een (ver)nieuw(d) verzekeringsproduct op de markt brengen. Verzekeraars zijn vrij, net als andere ondernemers, om nieuwe of aangepaste producten op de markt te brengen.

Het is evenmin een probleem dat de inwoners van dit land een zoveelste – in deze aangepaste – verzekering wordt aangeboden om de onzekerheid van het leven – vooral mentaal – te temperen.

Maar het is wel een prangend probleem hoe de minister van justitie een verzekeringsproduct marktklaar maakt.

De burgers van dit land dragen meer dan het Europees gemiddelde van hun belastbaar inkomen over aan de overheid voor het maatschappelijk beheer van de samenleving. Terecht mag de vraag gesteld worden: waarom wordt de burger opnieuw aangesproken om zijn grondwettelijk recht op rechtsbijstand bijkomend te financieren?

Aanspraak

Ik laat de minister en de burger even met rust en richt mij verder uitsluitend naar de advocatuur en meer in het bijzonder haar vertegenwoordigers binnen de Orde van Vlaamse Balies (OVB).

Het benepen onderhandelen

Het is schrijnend hoe de vertegenwoordigers van de advocatuur benepen blijven aanschuiven aan de tafel van de minister, niet om de onafhankelijkheid van de advocaat te vrijwaren maar in de ijdele hoop een financiële nood binnen de advocatuur te lenigen.

De voormelde verslagen over de verlopen besprekingen tussen de overheid en vertegenwoordigers van de advocatuur getuigen niet van een grondige dialoog, maar duiden op het angstig bezweren van een dictaat.

Onder het motto: “de rechtsbijstandsverzekering komt er hoe dan ook, wees realistisch…” produceren – minstens keuren – de vertegenwoordigers van de balie een economisch product in een markt die niet de hare is.

Deze vertegenwoordigers vergeten blijkbaar glad dat de rechtsbijstand polis (‘O-polis’) reeds bestaat ingevolge K.B. van 15 januari 2007. Dit K.B. vrijwaart de kernwaarde van de advocatuur en is op essentiële zaken bepaald voordeliger voor de verzekerde.

Een zware vergissing

De vertegenwoordigers van de advocatuur vergissen zich zwaar en belagen dé kernwaarde van de advocatuur: haar onafhankelijkheid.

Onafhankelijkheid van de advocaat, ik verwijs naar de CCBE-code[3]:

Onafhankelijkheid

Art. X.2.1.1 Het veelvoud van verplichtingen, dat op de advocaat rust, vereist de absolute onafhankelijkheid van de advocaat, vrij van alle druk, in het bijzonder van de druk van eigen belangen of van beïnvloedingen van buitenaf. Deze onafhankelijkheid is even noodzakelijk voor het vertrouwen in de rechtsbedeling als de onpartijdigheid van de rechter. De advocaat moet derhalve elke aantasting van zijn onafhankelijkheid vermijden en er voor waken de beroepsethiek niet te veronachtzamen om de cliënt, de rechter of derden welgevallig te zijn.

 Art. X.2.1.2 Deze onafhankelijkheid is zowel bij adviserende als bij gerechtelijke werkzaamheden noodzakelijk. Het door de advocaat aan de cliënt gegeven advies heeft geen waarde als de advocaat het slechts geeft om zich bemind te maken, uit eigen belang of onder druk van buitenaf.

is de kernwaarde van de advocaat.

Het onderhandelen met de overheid en de verzekeraars over ‘conventionering’ en tarifering en dit zonder enig grondig debat binnen de advocatuur, bedreigt de onafhankelijkheid van het beroep, de kernwaarde die de vertegenwoordigers van de advocatuur als eersten moeten vrijwaren.

Ik hoor de luide vragen van de advocaten

Hoe wordt dan de onafhankelijkheid bedreigd?

Is het geen opsteker dat tarieven worden voorgelegd die beduidend hoger zijn dan deze die vele advocaten aanrekenen?

Is het niet prima dat de advocaten (ver)zeker(d) zijn van hun kosten en ereloon?

Is de advocatuur niet reeds getarifeerd, onder meer in haar abonnementen met verzekeraars of overheden, bij gerechtelijke mandaten zoals curatele, schuldbemiddeling, bewind?

Overweeg eens

  • Tarieven

– Indien de advocaat een gerechtelijk mandaat uitoefent, is de opdracht geheel verschillend van de opdracht gegeven door een cliënt.

Een gerechtelijk mandaat staat onder controle van de rechter, dit is een fundamenteel verschil. Verantwoording is verschuldigd aan de rechter. De onafhankelijkheid van de advocaat is een garantie voor de uitvoering van het mandaat.

Bepaalde mandaten worden door de overheid aan de advocaat toevertrouwd, het is een onderdeel van de taken van de advocaat binnen de rechtstaat. [4]

– Advocaten die op abonnement voor verzekeraars werken, aanvaarden een vergoeding voor kosten en ereloon grotendeels bepaald door de verzekeraars. Deze vergoedingen gelden geenszins voor advocaten, vrij gekozen door de verzekerde om hun belang te verdedigen.

– Overheidsopdrachten worden aanbesteed en toebedeeld volgens bepaalde normen. Gelukkig zijn de normen niet beperkt tot het louter vergelijken van de kosten/ereloon van de aanbiedende advocaten.

  • Verzekerd inkomen

De advocaat bepaalt in principe vrij zijn ereloon en bespreekt dit vooraf met de cliënt, waarna beiden al of niet overeenkomen en de dienstverlening al dan niet wordt opgestart.

De vergoeding kan bij betwisting door een onafhankelijke overheid (rechter) beoordeeld worden, net als bij andere ondernemers maar met bijkomende wettelijk bepaalde parameters.

Geenszins dient de rechtsbijstand – wat velen beogen – om een verpaupering binnen de advocatuur te bestrijden, wat deze verzekering ook niet zal doen.

De rechtsbijstandverzekering is geen polis gewaarborgd inkomen voor advocaten.

Een rechtsbijstandverzekering dient de verzekerde, niet de advocaat.

Beïnvloeding van de markt

De voorgestelde tarieven zijn een luchtspiegeling.

Het maximumbedrag aan kosten-ereloon in de bijlage van de voorgestelde ‘G-polis’, zal evident de markt van de juridische dienstverlening door advocaten sterk beïnvloeden, zelfs dermate dat het de spiegelnorm zal worden.

Vele advocaten zullen de maximumtarieven benutten als referentie, ook voor de burger die geen verzekering rechtsbijstand heeft. Hierdoor wordt op korte termijn algemeen de dienstverlening voor de burgers (opnieuw) duurder.

Daartegenover staat dat voor zaken waarvoor de verzekerde een verzekerde rechtsbijstand heeft (veelal na het uitzitten van een wachttermijn mits betaling meerdere jaarpremies), de verzekeraar tussenkomt als derde in het bepalen van het ereloon van de advocaat. Voorwaar zal de verzekeraar de kosten en het ereloon onder het maximum trachten te houden, wat best te begrijpen is; de verzekeraar is een ondernemer, hij streeft winst na.

Advocaten die denken dat zij in iedere zaak die onder de dekking valt, gegarandeerd het maximum betaald kunnen factureren, vergissen zich schromelijk. Dit is niet de bedoeling, terecht.

Er zit een lokeend op de luchtspiegeling!

De voorgestelde ‘conventionering’ beïnvloedt de markt van de juridische dienstverlening op een ingrijpende wijze, niet in het voordeel van de cliënt, niet in het voordeel van de advocaat.

Indien de advocatuur, omwille van eigen financiële bekommernissen, meegaat in de ‘conventionering’ zoals aangebracht in het voorstel van K.B., verpatst zij haar belangrijkste troef op de juridische markt, de onafhankelijkheid van de advocaat.

Advocaten en burgers hoed u voor een conservatieve destructie.

Gent, 18 september 2017

Frank Van Vlaenderen

Advocaat
Lid van de algemene vergadering van de Orde van Vlaamse balies


Voetnoten

[1] zie K.B. 15.01.2007:
http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/loi_a.pl?language=nl&caller=list&cn=2007011543&la=n&fromtab=wet&sql=dt=’koninklijk%20besluit’&tri=dd+as+rank&rech=1&numero=1

[2] Een verzekeringsovereenkomst kan collectief, minimum waarde geschil 500,00 euro, de verzekeringspremie voor de minimale waarborg = of < 144,00 euro.

[3] Gedragscode voor Europese advocaten, deel van de deontologie van de Vlaamse advocatuur.

[4] EHRM zaak GRAZIANI-WEISS v. AUSTRIA (Application no. 31950/06) 18.11.2011:
https://hudoc.echr.coe.int/eng#{“kpthesaurus”:[“349″,”644″,”463″,”472″,”641″,”54″,”139″,”503″,”504″,”20″,”462″,”460″,”461″,”284″],”documentcollectionid2”:[“GRANDCHAMBER”,”CHAMBER”],”itemid”:[“001-107022”]}

 

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Ondernemingsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Antwerpen Limburg Vlaams-Brabant Waals-Brabant
Advocaat
Douane
0 - 3 jaar
Antwerpen
Paralegal
Arbeidsrecht Vennootschapsrecht
0 - 3 jaar
Brussel
Advocaat
Arbeidsrecht
5 - 10 jaar
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

1 Reacties

1 Reactie

  1. Marc Callant

    In Duitsland zijn de honoraria van de advocaten vastgelegd in een wettelijk systeem; naar analogie kan men verwijzen of vergelijken met de wettelijk vastgelegde honoraria van de Belgische notarissen.
    Mijn ondervinding leert dat het Duitse systeem het beste is in de Europese unie om kilometerlange discussie over dit onderwerp te vermijden. Laat ons aub. de Belgische wetgevers overtuigen om het Duitse systeem te analyseren ter navolging.

    Antwoord

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.