Vermogensplanning, met name door middel van schenkingen, wordt vaak ingezet om de erfbelasting in Vlaanderen te verminderen. Terwijl schenkbelasting lagere tarieven kent dan erfbelasting, kan het gebruik van schenkingen risicoloos zijn als het zorgvuldig wordt toegepast. Het is echter van belang om het onderscheid tussen legitieme belastingplanning en fiscaal misbruik goed te begrijpen, vooral gezien de aankomende hervormingen in de erfbelasting die de relevantie van schenkingen kunnen beïnvloeden.
Schenkbelasting als strategie om erfbelasting te vermijden
De tarieven van de erfbelasting in Vlaanderen, id est successierechten, kunnen aanzienlijk oplopen. In rechte lijn (kinderen en ouders) bedraagt het tarief maximaal 27%, terwijl het in de zijlijn (broers, zussen en anderen buiten deze categorieën) kan oplopen tot een exorbitante 55%, overeenkomstig artikel 2.7.4.1.1. VCF.
In vergelijking hiermee zijn de tarieven voor schenkbelasting opvallend gunstiger. Schenkingen in rechte lijn van onroerende goederen worden belast met een maximaal tarief van 27%, respectievelijk slechts 3% voor roerende goederen. Voor schenkingen in zijlijn bedragen de maximumtarieven respectievelijk 40% voor onroerende goederen en 7% voor roerende goederen, zoals nader bepaald in artikel 2.8.4.1.1. VCF.
Gebruikmakend van een schenking, dewelke gericht is aan de toekomstige erfgenamen, wordt de nalatenschapsmassa gereduceerd, hetgeen resulteert in een vermindering van de erfbelasting. Het geschonken goed maakt immers geen deel meer uit van de nalatenschap van de erflater. Vermits de tarieven van de erfbelasting progressief van aard zijn, zal het doen van schenkingen tijdens het leven van de erflater voor de erfgena(a)m(en) als financieel voordelig kunnen worden aangemerkt.
Desniettegenstaande bestaat bij vermogensplanning het risico op zogenaamd ‘fiscaal misbruik’. Hiermee wordt gedoeld op situaties waarin de belastingplichtige kunstmatige handelingen verricht met als doel minder belasting te betalen, en daarbij afwijkt van de doelstelling van de fiscale wet. Hoewel de rechtshandelingen op zichzelf volstrekt legaal kunnen zijn, kan hun cumulatie leiden tot fiscaal misbruik.
Een dergelijke situatie van cumulatie kan worden voorgesteld aan de hand van volgend voorbeeld:
Persoon A overlijdt en laat bij testament zijn huis na aan de zoon van zijn broer. Om de hoge erfbelastingen te vermijden, weigert de neef de nalatenschap, waardoor de wettelijke devolutie in werking treedt en het huis wordt toegewezen aan de ouders van persoon A. Hierdoor gelden de lagere erfbelastingtarieven in rechte lijn in plaats van de hogere tarieven in zijlijn. Vervolgens maken de ouders gebruik van een doorgeefschenking: binnen het jaar na het verkrijgen van de erfenis schenken zij het huis door in rechte lijn aan de neef. Volgens de Vlaamse Belastingdienst vormt dit een geval van fiscaal misbruik. Hoewel zowel de verwerping van de nalatenschap als de doorgeefschenking afzonderlijk geen fiscaal misbruik inhouden, kwalificeert de cumulatie van deze twee rechtshandelingen wel als zodanig.
Met de finaliteit om soortgelijke situaties te vermijden heeft de Vlaamse overheid dientengevolge in Omzendbrief 2015/1, waarin fiscaal misbruik wordt behandeld, een zwarte lijst opgesteld. Hierin worden verschillende rechtshandelingen vermeld die, in combinatie met elkaar, als fiscaal misbruik worden beschouwd, tenzij kan worden aangetoond dat zij zijn ingegeven door andere dan fiscale motieven, zoals economische of familiale overwegingen.
Wat staat er te veranderen in de erfbelasting?
De tarieven voor de erfbelasting zijn duidelijk aan hervorming toe, daarover bestaat weinig discussie. Veel critici bestempelen dergelijke belasting immers als ‘gelegaliseerde diefstal’. De Vlaamse regering heeft deze problematiek evenwel erkend en kondigde in het recente regeerakkoord een verlaging en hervorming aan van de erfbelasting.
De huidige tarieven (zie supra) zullen considerabel worden aangepast. Zo zullen kinderen, die erven van (groot)ouders, een belastingvrije som van vijftigduizend euro kunnen genieten. Daarnaast blijft de progressieve schijvenmethode behouden, namelijk 3%, 9% en 27% voor erfgenamen in rechte lijn, respectievelijk 25%, 30% (45% voor overige erfgenamen), en 55% voor erfgenamen in zijlijn. De bedragen waarop deze percentages van toepassing zijn, worden echter aangepast.
Het is daarentegen belangrijk op te merken dat de details van de voorgestelde wijzigingen nog verder moeten worden uitgewerkt en mogelijks worden aangepast. De huidige stand van zaken zou kunnen worden omschreven als een situatie in dubio, daar de toekomst een ongewis gegeven is. Niettemin is een verlaging onafwendbaar en zal deze in de toekomst moeten worden doorgevoerd. Bovendien zullen de nieuwe tarieven pas vanaf 2026 in werking treden.
De verlaging van de erfbelasting kent evenwel een keerzijde. De Vlaamse regering wil namelijk vanaf 2025 de zogeheten ‘verdachte periode voor niet-geregistreerde schenkingen’ verlengen van drie naar vijf jaar. Hiermee beoogt ze te voorkomen dat mensen vlak voor hun overlijden grote bedragen schenken om schenkbelasting te omzeilen. Deze herziening zal tot gevolg hebben dat eenieder zorgvuldig zal moeten omspringen met schenkingen om ongewenste, dan wel nefaste, gevolgen in de praktijk te vermijden.
Vermogensplanning: een toekomstgerichte aanpak
Vermogensplanning kan worden gedefinieerd als het proces waarbij een persoon zijn persoonlijke vermogen structureert met als doel fiscale lasten te minimaliseren en de financiële belangen van alle betrokken partijen op lange termijn te waarborgen.
De ratio achter de idee van vermogensplanning, middels een schenking, ligt de facto ten grondslag aan de grote belastingdruk waaraan een belastingplichtige onderworpen is bij het ontvangen van een nalatenschap.
De beslissing om daadwerkelijk over te gaan tot het doen van een schenking is echter allesbehalve vanzelfsprekend. Het vereist een grondige afweging van de voor- en nadelen. Bovendien moet er te allen tijde vermeden worden dat een schenking leidt tot fiscaal misbruik.
Zoals eerder aangehaald, staat een grondige hervorming van de erfbelasting op de agenda. Hierdoor stelt zich de vraag op of een schenking in de context van vermogensplanning nog steeds relevant zal zijn, aangezien de voordelen ervan mogelijks beperkt worden.
De opportuniteit van een schenking dient echter steeds in abstracto te worden beoordeeld. Zo zal een kind dat minder dan vijftigduizend euro erft van zijn ouders geen baat bij een schenking, daar er een belastingvrije som van toepassing zal zijn (in de toekomst). Bij grotere bedragen kan een schenking echter een aanzienlijk fiscaal voordeel opleveren voor de begiftigde. Toch blijft het essentieel om deze afweging telkens opnieuw en op maat te maken, met tot doel de adequaatheid van een schenking te evalueren.
Samenvattend
De hoge tarieven van de erfbelasting in Vlaanderen, gecombineerd met de relatief gunstige tarieven van de schenkbelasting, maken schenkingen een aantrekkelijk instrument binnen vermogensplanning om erfbelasting te vermijden of te verminderen. Door goederen tijdens het leven van de erflater te schenken, wordt de nalatenschapsmassa verkleind, wat leidt tot een lagere progressieve belastingdruk. Dit verklaart waarom schenkingen een vaak gebruikte strategie zijn binnen vermogensplanning.
Tegelijkertijd is het belangrijk te benadrukken dat het gebruik van schenkingen niet zonder risico’s is. De Vlaamse belastingdienst beschouwt de cumulatie van bepaalde rechtshandelingen als fiscaal misbruik, ook al zijn de afzonderlijke handelingen legaal. Hierdoor wordt het belang van een zorgvuldige en juridisch correcte aanpak van vermogensplanning onderstreept, om sancties of naheffingen te voorkomen.
De aangekondigde hervormingen van de erfbelasting zullen ongetwijfeld invloed hebben op de relevantie van schenkingen. Zo maakt de introductie van een belastingvrije som voor erfgenamen in rechte lijn bepaalde schenkingen minder noodzakelijk, terwijl de verlenging van de verdachte periode van drie naar vijf jaar het fiscale voordeel van schenkingen kan beperken. Desondanks blijven schenkingen, met name bij grotere vermogens, een nuttig middel om de fiscale lasten voor toekomstige erfgenamen te verlagen.
Uiteindelijk blijft een zorgvuldige en maatwerkbenadering essentieel. Elke situatie vraagt om een individuele afweging, waarbij ook rekening moet worden gehouden met de veranderende fiscale wetgeving en het risico op fiscaal misbruik.
Yenthe Van Sande en Nora Ertug
Brussels Law School Consultancy
Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen justitie, advocatuur en de juridische en fiscale wereld? Volg Jubel.be op LinkedIn.
0 reacties