Het chaotisch offensief der barbaren cover

1 dec 2024 | Column

Het chaotisch offensief der barbaren
  • Prof. dr. Frank Fleerackers promoveerde aan de Harvard Law School tot Master of Laws. Hij is universiteitshoogleraar aan de Leuvense Faculteit Rechtsgeleerdheid, waar hij rechtsdenken en juridische grondslagen doceert. Daarnaast verkreeg hij visiting positions aan Europese en Amerikaanse universiteiten, waaronder Harvard en MIT. Als decaan en advocaat werd hij in 2008 benoemd tot de HRJ. Hij publiceerde meer dan twintig boeken, waaronder recent ‘La Peau du Juge. Exercer le jugement’, ‘Le Droit du Philosophe. Définir le jugement’, en ‘The Rearguard of Subjectivity. On Legal Semiotics’ in 2023.

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen
Advocaat
Ondernemingsrecht Strafrecht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
3 - 7 jaar
West-Vlaanderen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht Ondernemingsrecht Verzekeringsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Fleer op één. In Fleer op één reflecteert elke eerste van de maand een gerenommeerd rechtsdenker over justitie in België en daarbuiten. Prof. dr. Frank Fleerackers, hoogleraar Rechtsdenken aan de KULeuven, verwoordt verbatim het recht van de filosoof. Deze maand over normen, normenhiërarchie en rechtsnormen.

Het chaotisch offensief der barbaren


Normen betreffen de mens op drie manieren. Vooreerst als waarde, ter ondersteuning van het recht. Vervolgens als richtsnoer voor menselijk gedrag. En tenslotte als regel in relatie tot de wereld van de casus. De norm als gedeelde waarde schraagt het recht voor zover hij deel uitmaakt van een gemeenschappelijke overtuiging en als dusdanig een referentiebaken is voor juridische effectiviteit. Dit referentiebaken wordt idealiter weergegeven als een Grundnorm.[1]

Voor Kelsen was het onderscheid tussen ‘is’ en ‘ought’, tussen wat is en zou moeten zijn, primordiaal

Zo hield Hans Kelsen voor dat deze zich, aan het uiteinde van de normenhiërarchie, nog steeds binnen het recht bevindt. Aldus kon Kelsen, met juridische effectiviteit voor ogen, elke morele discussie over de inhoud van rechtsnormen vermijden. Voor Kelsen was het onderscheid tussen ‘is’ en ‘ought’[2], tussen wat is en zou moeten zijn, primordiaal. In zijn streven naar een zuivere rechtstheorie wou hij alle verwijzingen naar morele gronden uit het recht verwijderen om een puur juridische normativiteit in dat recht zelf te funderen.

Het hoeft geen betoog dat, hoe nobel ook dit streven naar een pure rechtswetenschap, de bruikbaarheid van dergelijke zuiverheid in een multimorele en multiculturele samenleving onder vuur ligt. De rede, die Kelsens zuivere rechtstheorie belichaamt, blijft in gebreke om individuen met afwijkende overtuigingen in het gelid te krijgen. De zuiverheid van zijn domein, waarin de normenhiërarchie haast als een esthetische configuratie kan omschreven worden, staat in schril contrast met de onzuivere, verschilgedreven werkelijkheid. En indien juridische effectiviteit daadwerkelijk als oogmerk geldt, dan dient elke rechtswetenschapper zich vooral over de affectieve invloeden van afwijkende overtuigingen en morele denkkaders te buigen om het recht op samenlevingsvlak enige rol van betekenis toe te bedelen.

De juridische effectiviteit, incluis de naleving van normen, is sinds lang de zuivere rechtswereld ontglipt

Het hoeft dan evenmin betoog dat het analytisch rechtsdenken van Kelsen veeleer thuishoort in de vorige en de daaraan voorafgaande eeuw, dan in de huidige. Deze kritische vaststelling moge niet gelezen worden als steunbetuiging aan het door Kelsen verguisde natuurrechtsdenken. Veeleer dient begrepen welk aspect van het natuurrechtsdenken in het rechtspositivisme evenals in de zuivere rechtstheorie ten onrechte werd verworpen. Of beter: de rechtswetenschap is, gelet op de onzuiverheid van de haar omringende werkelijkheid, aan zichzelf verplicht na te gaan waarom de geponeerde rede van het rechtspositivisme faalt in zijn poging de werking van het recht in het recht zelf te gronden. Want de juridische effectiviteit, incluis de naleving van normen, is sinds lang de zuivere rechtswereld ontglipt. De fictieve, gerationaliseerde omwalling wordt dag na dag verder gesloopt, terwijl de juristen het chaotisch offensief der barbaren angstig aanschouwen, moedeloos omdat hun zuivere methodologie de werkelijkheid niet vatten kan. Meer nog, de incongruentie tussen rechtsdenken en realiteit leidt uiteindelijk tot hun redundantie.

Frank Fleerackers

Lees hier meer reflecties van professor Fleerackers.


Voetnoten

[1] KELSEN, H., Reine Rechtslehre, Scientia Verlag, Leipzig, 1934, prachtig ingeleid en vertaald door Stanley Paulson en zijn echtgenote als: Introduction to the Problems of Legal Theory, Oxford University Press, 2002. Een sterk uitgebreide versie van Reine Rechtslehre verscheen later bij Verlag Österreich, Wenen, 1960. In de eerste versie had Kelsen de Grundnorm nog verbonden aan een soort gemeenschapsgevoel (Ibid., p. 55-71).

[2] David Hume omschreef deze problematiek haarscherp: “In every system of morality, which I have hitherto met with, I have always remarked, that the author proceeds for some time in the ordinary way of reasoning, and establishes the being of God, or makes observations concerning human affairs; when of a sudden I am surprised to find that instead of the usual copulations of propositions, is and is not, I meet with no proposition that is not connected with an ought, or an ought not. This change is imperceptible; but is, however, of the last consequence. For as this ought, or ought not, expresses some new relation or affirmation, it is necessary that it should be observed and explained, and at the same time that a reason should be given, for what seems altogether inconceivable, how this new relation can be a deduction from others, which are entirely different from it.” HUME, D., A Treatise of Human Nature, 1739-1740, boek III, deel 1, sectie 1, heruitg. Clarendon Press Oxford, 1978, p. 469.

  • Prof. dr. Frank Fleerackers promoveerde aan de Harvard Law School tot Master of Laws. Hij is universiteitshoogleraar aan de Leuvense Faculteit Rechtsgeleerdheid, waar hij rechtsdenken en juridische grondslagen doceert. Daarnaast verkreeg hij visiting positions aan Europese en Amerikaanse universiteiten, waaronder Harvard en MIT. Als decaan en advocaat werd hij in 2008 benoemd tot de HRJ. Hij publiceerde meer dan twintig boeken, waaronder recent ‘La Peau du Juge. Exercer le jugement’, ‘Le Droit du Philosophe. Définir le jugement’, en ‘The Rearguard of Subjectivity. On Legal Semiotics’ in 2023.

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen
Advocaat
Ondernemingsrecht Strafrecht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
3 - 7 jaar
West-Vlaanderen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht Ondernemingsrecht Verzekeringsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.