Op 1 september 2019 trad het nieuwe decreet in werking dat het jeugddelinquentierecht in Vlaanderen wenst af te stemmen op de hedendaagse noden. De Faculteit Rechten van de Universiteit Antwerpen bespreekt de nieuwigheden.
Wat verandert er?
Het decreet betreffende het jeugddelingquentierecht van 15 februari 2019 (BS 26 april 2019) breekt grotendeels met het ‘beschermingsmodel’ uit 1965.
Die breuk houdt onder meer in dat de jeugdrechter geen opvoedingsmaatregelen meer oplegt om de leefsituatie en persoonlijkheid van de minderjarige te verbeteren. Hij legt wel sancties op met een maximale duur én in verhouding tot de ernst van het jeugddelict. Minderjarigen en hun advocaat kunnen zelf ook allerhande maatregelen of sancties aanbrengen via een ‘positief project”.
Een andere centrale gedachte is dat de reactie op jeugddelicten duidelijk, snel, constructief en herstelgericht van aard moet zijn en dit zowel voor de minderjarige delictpleger, zijn ouders/opvoedingsverantwoordelijken, het slachtoffer en de ruimere samenleving. Bovendien gaat bij deze hervorming ook expliciete aandacht naar jongeren met vaak complexe achtergronden en problemen die een jeugddelict pleegden.
De hervorming nader toegelicht
Bart De Smet (sinds 1 september 2019 advocaat-generaal met opdracht bij het Hof van Cassatie) brengt op dinsdag 15 oktober 2019 een overzicht van de nieuwe regels om jeugdstrafzaken op het niveau van het parket af te handelen, en van de reeks maatregelen en sancties die de jeugdrechter kan opleggen als reactie op een jeugddelict. Verder licht hij de uithandengeving toe, de termijnen van de procedure en de proceswaarborgen voor de minderjarige.
Bijzondere aandacht gaat uit naar de nieuwe sancties (zoals de gesloten begeleiding tot 7 jaar met kans op terbeschikkingstelling van 10 jaar), naar videoconferenties, naar de omzetting van de strafprocedure in bescherming van een minderjarige in een verontrustende situatie (decreet 12 juli 2013) en vooral naar het kluwen van overgangsbepalingen. Welke bepalingen van de jeugdwet van 8 april 1965 blijven nog (enige tijd) gelden? Tenslotte blijft hij stilstaan bij de bepalingen van het aanvullend decreet van 24 september 2019 (BS 1 oktober 2019).
Voorzitter van deze studieavond is Eric Van der Mussele (advocaat balie provincie Antwerpen, lid commissie jeugdrecht OVB).
Meer info en inschrijvingen via deze link.
Centrum voor Beroepsvolmaking in de Rechten (CBR)
0 reacties