Op 27 februari 2018 besprak Luc Eliaerts de hoofdelijke aansprakelijkheid van een opdrachtgever m.b.t. sociale schulden van een (onder)aannemer voor werken in een onroerende staat.
De opdrachtgever is verplicht om een inhouding van maximaal 35% door te voeren indien hij betalingen doet aan een (onder)aannemer met sociale schulden, om deze door te storten aan de RSZ (artikel 30bis, §4, eerste lid RSZ-wet). Bij fiscale schulden geldt een inhoudingsplicht van maximaal 15% (artikel 403, §5, lid 2 WIB 1992).
Het Hof van Cassatie oordeelde op 12 maart 2018 in het kader van sociale schulden dat deze verplichting niet geldt indien tussen een opdrachtgever en een (onder)aannemer schuldvergelijking plaatsvindt voor wederzijdse schulden.
Schuldvergelijking = geen betaling
Op basis van artikel 1289 BW gebeurt schuldvergelijking automatisch en van rechtswege, uit kracht van de wet, zelfs zonder dat de schuldenaars het weten. De twee schulden vernietigen elkaar op het ogenblik dat zij tegelijk bestaan, ten belope van hun wederkerig bedrag.
Op basis van artikel 1293 BW gebeurt schuldvergelijking ongeacht de oorzaak van de schulden, maar kan ze niet plaatsvinden ten nadele van de verkregen rechten van een derde.
De RSZ probeerde voor te houden dat de schuldvergelijking toch een vorm van betaling was, en bovendien gebeurde in haar nadeel.
Het Hof van Cassatie heeft de RSZ niet gevolgd, aangezien zij oordeelde dat (a) artikel 30bis, §4, eerste lid RSZ-wet strikt moet worden uitgelegd, (b) dat het wetsartikel enkel de notie “betaling” vermeldt, en (c) dat schuldvergelijking niet gelijk staat aan betaling. De wettelijke bepaling omtrent de inhoudingsplicht bij fiscale schulden is gelijkaardig, dus we kunnen ervan uitgaan dat deze redenering ook geldt voor de fiscale schulden.
Schuldvergelijking = geen inhoudingsplicht
Hieruit volgt dat indien tussen opdrachtgever en (onder)aannemer schuldvergelijking plaatsvindt, er geen inhoudingsplicht geldt voor de sociale en fiscale schulden.
Indien de RSZ of de fiscus toch proberen voor te houden dat een inhouding en doorstorting had moeten gebeuren bij schuldvergelijking, is dit onjuist.
Praktische tip: nazicht sociale en fiscale schulden
Ongeacht het bovenstaande is het wel nog steeds sterk aangeraden om nazicht te doen van sociale en fiscale schulden van de (onder)aannemer bij aanvang en tijdens het verloop van een samenwerking, ook indien er (eventueel) een schuldvergelijking zou plaatsvinden.
Het valt nl. niet uit te sluiten dat de RSZ of de fiscus toch een (onterechte) poging wagen tot invordering, en dat de opdrachtgever geconfronteerd wordt met een jarenlange gerechtelijke procedure. Dit valt te vermijden met een aantal eenvoudige voorzorgen.
Het belangrijkste hulpmiddel hierbij is de website https://www.checkinhoudingsplicht.be/ waar de sociale en fiscale schulden kunnen worden geverifieerd.
0 reacties