Als interimmanager ben je vrij (goed) gelanceerd
De Tijd, woensdag 12 juli 2017, p. 1
De Tijd, woensdag 12 juli 2017, p. 4
Als interimmanagers ten tonele verschijnen
In het federaal positief recht van ons land komt de term freelance, voor zover ik heb kunnen nagaan, maar twee keer voor, één keer in een koninklijk en één keer in een ministerieel besluit. Ik ga daarop hier niet in, om deze blogpost niet nog langer en saaier te maken dan hij is.
Je vindt freelance iets vaker in het Vlaams recht, maar na lezing wat volgt, kan ik het niet uit mijn pen krijgen daaraan het bijvoeglijk naamwoord positief toe te voegen.
Freelancers zijn artiesten
In de aanhef van een besluit van de Vlaamse regering dat een uitvoeringsbesluit van het vroegere decreet op de private arbeidsbemiddeling wijzigde, is sprake van “free-lance [in twee woorden, met een koppelteken ertussen] scheppende en vertolkende kunstenaars”.
De term wordt ook gebruikt in zes besluiten van de Vlaamse regering tot erkenning van de beroepskwalificaties van respectievelijk toneelmeester, podiumtechnicus geluid, podiumtechnicus beeld, podiumtechnicus mechanica, podiumtechnicus licht en podiumtechnicus (zonder meer). Het gaat om recente besluiten: vijf ervan werden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 februari 2017. Uit liefde voor het theater, ongetwijfeld.
In de bijlage bij elk van die zes besluiten wordt bepaald:
“De beroepsbeoefenaar werkt rechtstreeks voor de organisator, voor een toeleverancier of freelance” (zie bv. punt 2.2.3 2.2.3 Context. Omgevingscontext, van de bijlage “Beschrijving van de beroepskwalificatie van toneelmeester (0250) als vermeld in artikel 1” bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2017 tot erkenning van de beroepskwalificatie toneelmeester).
Terloops gezegd: het toneel moet ongeveer de meest complexe zijn van alle werelden, want het aantal vaardigheden dat de bijlagen bij de voornoemde besluiten opsommen, loopt in de honderden. Ik telde het na in de bijlage bij het besluit over de erkenning van toneelmeesters: 235! (rekenen kan ik niet, tellen wel)*.
Nederlands
Geen van de boven genoemde teksten bepaalt wat onder freelance moet worden begrepen. In dergelijk geval moet men teruggrijpen naar het gewone taalgebruik.
De Dikke Van Dale definieert freelance als ‘zonder een vast dienstverband werken’. De ‘dunne’ Van Dale geeft als omschrijving ‘zonder dienstverband’, wat korter is, maar dat onlinewoordenboek is dan ook gratis te raadplegen. In beide definities is spake is van ‘dienstverband’, wat een gezagsverhouding veronderstelt. In de regel gaat het dus om een arbeidsovereenkomst als het diensverband contractueel is. Het meest gezaghebbende woordenboek, het dikste, beschouwt blijkbaar mensen met een los dienstverband, ook als freelancers.
De teneur van de twee artikelen in De Tijd is in ieder geval dat interimmanagers freelancers zijn omdat zij op zelfstandige basis werken. Hoewel, zoveel verschil met ‘vaste’ managers is er blijkbaar niet, tenzij dat interimmanagers
- “geen verleden en geen toekomst” hebben, aldus Steven Cornand van de rekruteringsgroep Hudson, althans niet in de onderneming,
- en dat hun ‘loon’ – toch een term eigen aan arbeidsovereenkomsten – de helft hoger ligt dan hun quasi-homoniemen.
Het gaat om “niet-conventionele arbeidsrelaties”, zegt Steven Cornand nog. Zijn die niet typisch voor artiesten?
Conclusie
Freelance wordt in het positief recht gerelateerd aan de theaterwereld. Het verbaast dan ook niet dat interimmanagers freelancers zijn. Zij beschikken immers niet alleen over alle vaardigheden van een toneelmeester, maar staan ook in voor klank en beeld op het podium: zij maken doorgaans veel lawaai (hun slagen zijn ontslagen) en produceren meestal een hels licht (bliksemlicht).
Macbeth had het over :
“…..a poor player
That struts and frets his hour upon the stage
And then is heard no more: it is a tale
Told by an idiot, full of sound and fury,
Signifying nothing”.
*Als jurist, die enkel moet kunnen lezen, schrijven en spreken, wordt je er nederig van. Hoewel.
De omschrijving van de vaardigheden in de bijlagen begint telkens met “Het kunnen …”. “Het kunnen lezen” staat er ook tussen, vijfmaal zelfs, al wordt daaraan telkens iets toegevoegd: het kunnen lezen van “plannen en materiaallijst”, “de geluidsdocumentatie”, “het technisch lichtplan”, “de documentatie” en “het podium- en decorplan” (respectievelijk het 3de, 127ste, 139ste 145ste en 161ste gedachtestreepje). Boeken kunnen lezen hoeft niet en van kunnen schrijven is helemaal geen sprake.
Willy van Eeckhoutte
Klik hier om meer te lezen van deze auteur.
Freelancers zijn mensen zonder dienstverband? Is het dan niet beter om te spreken van leveranciers want zo maak je direct duidelijk dat het gaat om mensen die factureren.
Er zijn ook heel wat freelancers die werken als interimaris. Dit is wel een vorm van dienstverband want het bedrijf mag leiding, toezicht en gezag uitoefenen.
Altijd een plezier om “Willy Van Eeckhoutte” te lezen! Leerrijke humor!