VAKANTIEJOBS VOORBEHOUDEN AAN KINDEREN VAN WERKNEMERS
“Alleen voor kinderen van personeel” of “Kinderen van personeel eerst”?
Donderdag 1 juni 2017, De Morgen, De Tijd, De Standaard (p. 11 – 4 – 25)
Wie aan de UGent rechten gestudeerd heeft, moet niet verder lezen (en moet ook niet aan Unia vragen naar de elementen waarop dit centrum zich baseert): ik heb de vraag of vakantiejobs voorbehouden aan kinderen van het eigen personeel discriminatie is, nog op het examen gesteld. Aan (job)studenten zelf, uiteraard.
Zie hier het antwoord.
Antidiscriminatiewet
Vooreerst moet men zich afvragen of “kind zijn van een personeelslid” onder te brengen is onder een van de criteria op basis van de Antidiscriminatiewet niet mag worden gediscrimineerd (dat het om arbeidsbetrekkingen gaat in de zin van artikel 5, § 1, 5°, van die wet, lijdt geen twijfel).
Geboorte of sociale afkomst
“Geboorte” is een van de beschermde criteria en kinderen van personeelsleden zijn (vaak) geboren uit een werkneemster of de partner van een werknemer. Ten aanzien van kinderen met een andere verwantschap of relatie met personeelsleden zou men met een beetje goede wil gebruik kunnen maken van het laatste van de beschermde criteria, “sociale afkomst” (kwestie van hen niet te discrimineren op het vlak van de discriminatiecriteria).
Legitiem motief
Een direct onderscheid op grond van geboorte of sociale afkomst vormt een directe discriminatie, tenzij dit directe onderscheid objectief wordt gerechtvaardigd door een legitiem doel en de middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn (art. 7 Antidiscriminatiewet).
Wat is het doel van het voorbehouden van vakantiejobs voor kinderen van personeelsleden? Die personeelsleden een gunst geven, natuurlijk. Is dat legitiem? Ik zie niet in wat daaraan ongeoorloofd zou zijn.
Passend en noodzakelijk
Het middel voor het bereiken van die gunst is de reservering van de jobs voor kinderen van werknemers. Is dat passend en noodzakelijk? Als men het doel (de gunst) wil bereiken, uiteraard wel.
Maar – en hier komt het – misschien is het toch niet passend en noodzakelijk altijd alle vakantiejobs voor te behouden voor kinderen van personeelsleden. Dat lijkt wel inteelt en die is nooit gezond, ook niet in ondernemingen.
Kinderen van personeel eerst, lijkt dus verantwoord. Nooit anderen dan kinderen van personeel, minder of niet.
Conclusie
Zie hier het resultaat van het examen op basis van wat in de kranten verscheen:
Examinandus/a |
Score (op 20) |
Motivering (uiteraard vereist) |
De Morgen |
18* |
het meest genuanceerde antwoord: “zomaar” en “alle” |
De Standaard |
12 |
de eerste zin is te ongenuanceerd |
De Tijd |
9 |
geeft het standpunt van Unia ongenuanceerd en dus weer |
Willy Borsus |
0 |
hij kent zelf het antwoord niet en wil afkijken |
* Geen 20 omdat ik dat cijfer nooit geef.
0 reacties