Na afbraak glazen kooien op 22/3-proces: de terugkeer van het rechterlijk bevel cover
Na afbraak glazen kooien op 22/3-proces: de terugkeer van het rechterlijk bevel

Recente vacatures

Advocaat
Burgerlijk recht
3 - 7 jaar
Antwerpen Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
5 - 10 jaar
Brussel Vlaams-Brabant
Uitgever
3 - 7 jaar
Antwerpen
Jurist
bestuursrecht internationaal recht Omgevingsrecht Publiek recht sociaal recht
Brussel

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 23/09/2022 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Strafrechter op rust Walter De Smedt laat in dit opiniestuk zijn licht schijnen op de terugkeer van het rechterlijk bevel. Aanleiding is het bevel om de glazen kooien waarin de verdachten van de aanslagen van 22 maart 2016 moeten terechtstaan voor het Brusselse assisenhof af te breken.

Assisenvoorzitter Laurence Massart heeft de afbraak bevolen van de glazen kooien waarin de verdachten van de aanslagen op Brussels Airport en metrostation Maalbeek (32 doden) het proces moeten volgen. Het rechterlijk bevel is gesteund op het artikel 6 van het Europees Verdrag dat een aantal fundamentele vrijheden, zoals het recht op een eerlijk proces, garandeert. “Een discreet overleg tussen advocaat en verdachte is niet mogelijk als die laatste in een geluidsbubbel zit” motiveert het arrest.

Niet het federaal parket maar de rechter beslist over de modaliteiten van een eerlijke rechtsgang.

De uitspraak is niet enkel de eerbiediging van de vereisten van het eerlijk proces. Het bevestigt ook de rol van de rechter daarin: niet het federaal parket maar de rechter beslist over de modaliteiten van een eerlijke rechtsgang.

250.000 euro

Tijdens het terreurproces in Parijs rond de aanslagen van 13 november 2015 (138 doden) zaten de verdachten ook achter glas. Maar niet in individuele boxen. Er was ook vertrouwelijk overleg met de advocaten mogelijk wat in de Brusselse versie niet kon. Daaruit volgt de vraag wie de Belgische boxen, die 250.000 euro hebben gekost, bedacht en of het rechterlijk bevel tot afbraak dan niet voorzienbaar was. Daardoor komt de rol van het federaal parket in het vizier. Dat parket deed vorige week ook de broers Smail en Ibrahim Farisi aanhouden. Maar intussen besliste de rechter tot hun vrijlating zodat deze verdachten het 22/3-proces in vrijheid volgen.

Het is niet de eerste maal dat het federaal parket in een terreurproces door de rechter wordt teruggefloten. De wijze waarop tussen de Turkse en Belgische politiediensten aan informatie-uitwisseling werd gedaan kwam uitvoerig aan bod in het proces dat in 2006 tegen de extreemlinkse activiste Fehriye Erdal werd gevoerd. Erdal werd in Turkije vervolgd voor medeplichtigheid aan een drievoudige moord. Zij werd in 1999 naar aanleiding van een schouwbrandje in een appartement in Knokke met meerdere medestanders opgepakt. De gehele zaak eindigde met een arrest van het Antwerpse hof van beroep waardoor zij vrijgesproken werd van de beschuldigingstelling lidmaatschap of ondersteuning van een terroristische organisatie. Hoewel Erdal door de gezamenlijke veiligheidsdiensten werd geobserveerd kon zij ontkomen zodat sindsdien niets meer over haar werd vernomen.

Het proces-Erdal is ook wegens een andere reden erg belangrijk. De rechtbank te Brugge die Erdal en haar kompanen veroordeelde was immers voorgezeten door een Dendermondse rechter die naar Brugge was gedelegeerd omdat daar niemand, uit schrik voor bedreigingen, in de zaak wilde zetelen.

Tijdens de behandeling voor het Hof van Cassatie dook evenwel een verslag van de Gentse procureur-generaal op waarin gesteld werd dat er geen aanleiding was om de bedreigingen ernstig te nemen en er geen redenen waren voor de delegatie van de Dendermondse rechter. Het Hof van Cassatie vernietigde daarop het Gentse arrest zodat de zaak voor het hof van beroep te Antwerpen kwam met een zeer gemotiveerde vrijspraak tot gevolg. Ook de andere onder de leiding van federaal procureur Johan Delmulle door de Rijkswacht gevoerde operaties tegen de Turkse opposanten kenden hetzelfde resultaat.

Ontwijking

Het rechterlijk bevel toont waar het in de vorige justitiehervormingen om te doen was. De gehele strafrechtelijke politiek van justitieminister Koen Geens (CD&V)was gesteund op de ontwijking van de rechter en de uitbreiding van de bevoegdheden van het Openbaar Ministerie. Door de afkoopwet werd de beoordeling van schuld en boete aan de strafrechter onttrokken en aan de willekeurige en vertrouwelijke beoordeling van het openbaar ministerie gegeven. Er was een tussenkomst van het Grondwettelijk Hof nodig om de rechterlijke bevoegdheid terug aan de rechter te geven.

Door de uitspraak van de assisenvoorzitter wordt de opdracht van de rechter en de kracht van zijn bevel in ere hersteld.

Het is ook geen toeval dat het bevel tot afbraak door een assisenvoorzitter wordt gegeven. Een assisenvoorzitter heeft immers meer bevoegdheden dan nu aan de gewone strafrechter wordt toegelaten. Het is het persoonlijk voorrecht van de assisenvoorzitter dat hij of zij ambtshalve een bevel kan geven tot verder onderzoek en het horen van bijkomende getuigen. Hoewel de behandeling voor de gewone strafrechter eveneens de mogelijkheid biedt om het onderzoek op de openbare zitting te hernemen is het die rechter niet toegelaten een bevel tot het horen van getuigen te geven indien een procespartij, waaronder het openbaar ministerie, het niet heeft gevraagd.

Door de uitspraak van de assisenvoorzitter wordt de opdracht van de rechter en de kracht van zijn bevel in ere hersteld. Dit toont eveneens hoe de Angelsaksische opvatting van het eerlijk proces en het daadwerkelijk toezicht van de rechter op de gehele rechtsgang zijn weg heeft gevonden in de continentale afdoening. Tegelijk worden daardoor ook de onvolkomenheden in onze opvatting van het strafproces, zoals het recentelijk is geëvolueerd, aangetoond. De neiging om de opdracht van de strafrechter te beperken tot de enkele beoordeling van de door het openbaar ministerie gestelde vordering wordt er door teruggebracht tot de volledige rechtsmacht van de strafrechter: de behandeling van alle elementen in een openbare en tegensprekelijke behandeling, het definitief onderzoek op de zitting incluis.

De rol van het openbaar ministerie wordt teruggebracht tot deze van een procespartij die niet meer wapens heeft dan de verdediging.

Voor wie niet vertrouwd is met de geschiedenis en de bestaansreden van onze strafrechtprocedure kan het bevel tot afbraak bevreemdend voorkomen. Dat is het echter niet. Het is de uiting van de gekende spreuk “Chassez le naturel, il revient au galop”. Over de opdrachten en bevoegdheden van de rechter kan geen betwisting bestaan vermits die universeel en grondwettelijk zijn vastgelegd. Het rechterlijk bevel heeft hierin zijn juiste plaats. Daardoor wordt ook de ware rol van het openbaar ministerie teruggebracht tot wat deze is, deze van een procespartij die niet meer wapens heeft dan de verdediging, en die gehouden is de bevelen van de rechter uit te voeren.

Walter De Smedt, gewezen strafrechter en oud-lid van de Comités I en P

Lees ook deze column van Mr. Hugo Lamon over hetzelfde onderwerp

Lees ook deze eerdere opiniestukken van oud-rechter De Smedt:
De pleinvrees van de procureur
Hou magistraten ver weg van het beheer van centen
Het betwistbaar sepot van het Fedasil-dossier
Hoe de toegang tot de rechter wordt aangetast


Op de hoogte blijven van alle nieuwigheden binnen de juridische en fiscale wereld?
Volg Jubel.be op LinkedIn

Recente vacatures

Advocaat
Burgerlijk recht
3 - 7 jaar
Antwerpen Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
5 - 10 jaar
Brussel Vlaams-Brabant
Uitgever
3 - 7 jaar
Antwerpen
Jurist
bestuursrecht internationaal recht Omgevingsrecht Publiek recht sociaal recht
Brussel

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.