Tellen “pensioenjaren” vanaf 53 mee voor de berekening van het wettelijk pensioen?
De Tijd, woensdag 8 februari 2017, p. 2
Met pensioen gaan op je 53ste is natuurlijk niet echt mogelijk. Wat Electrabel voorstelt, is sociaalrechtelijk in dienst blijven (“op de payroll blijven staan”) en het minstens de helft van het loon behouden zonder werk.
De vraag rijst of dat laatste, de ontstentenis van arbeid, belet dat de jaren tussen 53 en 65 meetellen voor de berekening van het wettelijk pensioen.
Het antwoord is te vinden in dat op de vraag welke periodes in aanmerking komen voor de berekening van het pensioen.
Pensioenloopbaan
Het rustpensioen van een werknemer wordt inderdaad in eerste instantie berekend op basis van zijn loopbaan (art. 7, eerste lid, Pensioenwet Werknemers).
koninklijk besluit 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers
Opdat een periode deel zou uitmaken van de pensioenloopbaan, lijkt in beginsel sprake te moeten zijn van “een op rustpensioen rechtgevende arbeid” al wordt in één adem ook gesproken van “perioden van tewerkstelling” (zie art. 15, 2°, Pensioenwet Werknemers). Dat is nochtans niet hetzelfde. De jaren tussen 53 en 65 jaar waarvan hierboven sprake, zijn ondanks het behoud van de arbeidsovereenkomst geen arbeidsjaren (en evenmin behoren zij tot de met arbeidsperiodes gelijkgestelde periodes: art. 34, § 1, Algemeen Reglement Werknemerspensioenen). Zij zijn wel, als men althans de rechtspraak volgt van het Hof van Cassatie in andere aangelegenheden, zoals bv. de vereisten waaronder een handelsvertegenwoordiger aanspraak kan maken op een uitwinningsvergoeding, tewerkstellingsjaren, nl. jaren waarin een dienstbetrekking bestond.
Het “bewijs” van een tewerkstelling waardoor het recht op het rustpensioen ontstaat, wordt geleverd door het bewijs dat de werknemersbijdragen voor de pensioenen van het loon werden afgehouden (art. 32, § 1, b, Pensioenwet Werknemers).
Loon
Bijdragen zijn wel degelijk verschuldigd op de loondervingsvergoeding gelijk aan 50 of 60 % van het loon die Electrabel betaalt. Weliswaar gaat het hier niet om een tegenprestatie van arbeid, want die is er niet meer. Maar dat belet niet dat die 50 of 60 % loon is in de zin van artikel 2 van de Loonbeschermingswet en niet valt onder de uitsluitingen die worden toegepast als het gaat om de vaststelling van de basis waarop socialezekerheidsbijdragen worden berekend.
De brutolonen verdiend tijdens de loopbaan zijn overigens evenzeer als die laatste bepalend voor de berekening van een werknemerspensioen (art. 7, eerste lid, Pensioenwet Werknemers).
Conclusie
De “pensioenjaren” bij Electrabel tussen 53 en 65 tellen mee voor het wettelijk pensioen.
0 reacties