De recente hervorming van het ondernemingsrecht heeft er onder meer toe geleid dat maatschappen voortaan als onderneming worden beschouwd. Zoals voor elke onderneming is de inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) van een nieuw op te richten maatschap sinds 1 november 2018 verplicht. De maatschappen die reeds bestonden vóór die datum hebben hiervoor nog de tijd tot en met 30 april 2019. Bij deze inschrijving verkrijgt de maatschap een ondernemingsnummer.
De kwalificatie van een maatschap als onderneming en de verkrijging van een ondernemingsnummer, heeft mogelijk repercussies op de ‘provinciebelasting op bedrijven’. Ondernemingen zijn in Vlaanderen in principe aan deze belasting onderworpen. Deze belasting heeft als uitgangspunt dat elke onderneming of natuurlijke persoon die een (bepaalde) economische activiteit uitoefent, belastbaar is. De precieze voorwaarden en modaliteiten van deze belasting verschillen evenwel van provincie tot provincie.
De provincies Oost-Vlaanderen en Antwerpen innen de belasting slechts voor zover een rechtspersoon of natuurlijke persoon een economische activiteit uitoefent. Een maatschap valt dan sowieso buiten het toepassingsgebied van de belasting aangezien de maatschap geen rechtspersoonlijkheid bezit. Daarenboven heeft de maatschap die is opgericht in het kader van een familiale planning geen economische activiteit in de strikte zin van het woord. De activiteiten van de maatschap zijn in dat geval immers veelal beperkt tot het louter stellen van daden van vermogensbeheer.
In Vlaams-Brabant koppelt men de aanslag van de ‘provinciebelasting op bedrijven’ aan welbepaalde activiteiten. Aangezien ‘vermogensbeheer’ hier niet onder kwalificeert, zal de maatschap in Vlaams-Brabant in principe niet aan de provinciebelasting zijn onderworpen.
Tot slot beschouwt het provinciebestuur van de provincies West-Vlaanderen en Limburg het louter hebben van een ondernemingsnummer als vermoeden dat de onderneming belastbaar is. De maatschap valt bijgevolg, tenminste wat deze laatste provincies betreft, sinds kort binnen het toepassingsgebied van deze belasting. Wat de provincie West-Vlaanderen betreft, werd ons reeds informeel bevestigd dat men voor de burgerlijke maatschappen die ‘vermogensbeheer’ als activiteit hebben, een vrijstelling zou toekennen voor zover men hierom verzoekt.
Het is dus mogelijk dat u als zaakvoerder van de maatschap recent een aangiftebiljet heeft ontvangen of zal ontvangen. In dat geval kunt u het provinciebestuur verzoeken een vrijstelling van de ‘provinciebelasting op bedrijven’ toe te kennen indien de activiteit is beperkt tot ‘vermogensbeheer’. Desgewenst staan wij u hier uiteraard graag in bij.
Om meer nieuwsberichten van DELBOO te lezen, klik hier.
0 reacties