In een interview met de Franse krant Le Figaro van 3 april 2025 zegt de Italiaans-Zwitserse succesauteur Giuliano Da Empoli, schrijver van onder andere De Kremlinfluisteraar, dat wij ineens omgekanteld zijn in een roofdierwereld, en dat figuren als Donald Trump of de Salvadoraanse president Nayib Bukele overeenstemmen met het gewone leiderstype uit het verleden. “In zekere zin”, vervolgt hij, “belichamen zij de normale toestand van het verleden van de mensheid.” En dan komt het: “De uitzondering was veeleer de zopas afgesloten fase van de geschiedenis, waarin wij dachten dat de advocaten en de technocraten voor altijd de wereld konden regeren.”
Advocaten, ze zijn klaarblijkelijk zo kwaad nog niet. Mensen kunnen ze, met hun radde tong, hun neiging tot ruziën en hun uitdagende standpunten, moeilijk verdragen. Maar er komt een dag dat je er heimwee naar krijgt, als ze er niet meer zijn.
Je weet pas wie je mist als je ze niet meer hebt. Je dacht ze misschien zelfs te kunnen missen, maar je hebt fout gedacht. Op een gegeven moment is het te laat. Het is een beetje zoals bij geluk. Je weet pas wat geluk is als je ongelukkig geworden bent.
Er is al veel commentaar geschreven op de Leuvense verkrachtingszaak en ik doe een poging om niet te herhalen wat anderen al beter gezegd hebben.
Maar toch dit. Die zaak, samen met andere zaken die nog vers in het geheugen liggen, illustreert pijnlijk welke visie een deel van de bevolking erop aanhoudt, over Justitie. En dan voornamelijk als het gaat om anderen die voor Vrouwe Justitia moeten verschijnen. Dan moet er gestrengheid heersen, onverbiddelijkheid! Geen gunstmaatregelen en geen lichte straffen! Wie heeft die trouwens ooit in de wet ingeschreven? Toen hebben wij niet geprotesteerd, maar dat was omdat wij niet wisten wie ervan zou kunnen genieten!
Een gunstmaatregel of een lichte straf? Maar, wacht even, zei u niet dat de dader universitaire studies doet? Klassenjustitie! De vraag of anderen, die geen dergelijke studies doen, maar pakweg loodgieter of werkloos zijn, eveneens gunstmaatregelen of lichte straffen kunnen krijgen en deze ook effectief krijgen? Geen belang! Of beter: neen! Loodgieters of werklozen krijgen geen gunstmaatregelen noch lichte straffen! Weten wij dat wel zeker, hebben wij dat eigenlijk wel onderzocht? Neen! Hoeft niet! Het is zo! Schande!
Anders ligt het wanneer iemand voor de strafrechter gedaagd wordt. Dan zoekt die een advocaat en, gesteld dat vrijspraak geen realistische optie is, gaat hij of zij voor… een gunstmaatregel of een lichte straf. Ongeacht studieniveau of sociale klasse. Zeldzaam zijn de personen die in dat geval naar de rechtbank stappen met de mededeling dat zij stevig gestraft willen worden. Dat zij geen gunstmaatregel noch lichte straf willen krijgen. En die de rechter nederig eraan herinneren dat zij sociaal bevoorrecht zijn, en dat de rechter dat moet zien als een belangrijke uitsluitingsgrond voor mededogen.
Gedegen onderzoek naar het bestaan van enig verband tussen enerzijds inschikkelijkheid (of repressiviteit) van de rechter en anderzijds omstandigheden zoals sociale afkomst, studieniveau, leeftijd, gender, etnische origine, seksuele voorkeur, religie en andere variabelen is nodig. Er is al verdienstelijk vorsingswerk verzet, met name door prof. Samantha Bielen, maar dat behoeft aanvulling. Het is nodig dat wij over wetenschappelijke data beschikken die op brede schaal aangeven of er sprake is van dergelijke variabiliteit in rechterlijke uitspraken. Justitie kan zich niet permitteren het verwijt van klassenjustitie te moeten incasseren zonder te kunnen bevestigen noch ontkrachten dat er een probleem is. Zo’n onderzoek is ongetwijfeld moeilijk te realiseren, aangezien het niet voor de hand ligt dat de relevante data beschikbaar zijn, maar moeilijk gaat ook. Voor mij is dat een prioriteit, om van daaruit het beleid van Justitie te kunnen bijsturen waar wenselijk. Je kunt niet, al schietend vanuit de heup, op basis van enkele gemediatiseerde gevallen, poneren dat er in België klassenjustitie is, of ontkennen dat die er is. Daarmee wil ik niet uitsluiten dat er individuele schrijnende gevallen kunnen voorkomen, maar het gaat mij om het macroniveau in de rechtspraak in ons land.
En dan moeten wij het nog hebben over de hang naar repressiviteit. Geen redelijk mens betwist dat criminaliteit, als het even kan, met wortel en tak moet uitgeroeid worden – en er is nog ruime marge voor verbetering… Geen redelijk mens spreekt tegen dat er nood is aan bestraffing. En dat er voor zware misdaden nood is aan zware bestraffing. Maar rechtszaken zijn geen lynchpartijen, en rechters zijn geen scherprechters. Er is nood aan voorzichtige afweging, in alle zaken.

In de Oudheid sprak men van de vier kardinale deugden: prudentia (voorzichtigheid en wijsheid), justitia (rechtschapenheid en rechtvaardigheid), fortitudo (moed) en temperantia (gematigdheid en zelfbeheersing). Bij een bezoek aan de Galleria Estense in Modena viel mij een schilderij van Bonifacio Veronese (1487-1553) op. Daarop staan Justitia en Temperantia samen afgebeeld. Toeval is die keuze niet.
De kardinale deugden waren zeer populair in tijden waarin zij niet altijd grootschalige toepassing vonden in de rechtspraak. Later gleden zij weg in de vergetelheid, mogelijk omdat zij naderhand al bij al wél vrij behoorlijk toegepast werden. Misschien raken ze binnenkort weer ‘in’. Hopelijk zal dat niet zijn omdat ze weer in onbruik geraakt zijn. Want dan zullen wij weten wat wij missen…
Met genegen groeten,
0 reacties