Worden sociaal inspecteurs criminelen?
Een advocaat die regelmatig WikiSoc leest – ja die zijn er, althans toch minstens één – vestigt mijn aandacht op een tekst die de ideale afsluiter vormt voor dit jaar (2017, red.). Waarvoor dank.
Een ontwerp van wet met het welluidende opschrift “houdende diverse bepalingen inzake werk”, dat al is goedgekeurd in de bevoegde Kamercommissie, voorziet in de invoeging in het Sociaal Strafwetboek van een artikel 42/1. Die bepaling geeft sociaal inspecteurs het recht aan mystery shopping te doen om de naleving te controleren van de antidiscriminatiewetgeving in arbeidsrelaties. Bij objectieve aanwijzingen van discriminatie, ondersteund door resultaten van datamining en datamatching, zullen sociaal inspecteurs een onderneming mogen benaderen door zich voor te doen als cliënten, potentiële cliënten, werknemers of potentiële werknemers, om na te gaan of op grond van een wettelijk beschermd criterium gediscrimineerd werd of wordt. Paragraaf 2 van het nieuwe artikel luidt:
“§ 2. Blijven vrij van straf, de sociaal inspecteurs die, in het kader van hun opdracht strikt noodzakelijke strafbare feiten plegen”.
In de memorie van toelichting bij het ontwerp staat daarover het volgende te lezen:
“Het nabootsen van courante praktijksituaties in discriminatie-aangelegenheden is in de praktijk vaak enkel mogelijk door kleine strafrechtelijke overtredingen te plegen (bv. het gebruik van een valse naam, …). Omwille van deze reden wordt voorzien dat de sociaal inspecteurs die in dit kader strikt noodzakelijke strafbare feiten plegen, vrij van straf blijven.”.
Dit leert ons drie zaken
1. Vooreerst is het gebruik van een valse naam in de ogen van “de wetgever” van 2017 blijkbaar slechts een “strafrechtelijke overtreding” en dan nog een kleine. Nochtans kwalificeert het nog altijd van toepassing zijnde artikel 496 van het Strafwetboek van 1867 het gebruik van valse namen en hoedanigheden om misbruik te maken van het vertrouwen of van de lichtgelovigheid uitdrukkelijk als een wanbedrijf dat een vorm van “oplichting en bedriegerij” is die bestraft wordt met een gevangenisstraf van een maand tot vijf jaar.
2. Sociaal inspecteurs die in het kader van mystery shopping valse namen gebruiken of andere “listige kunstgrepen” aanwenden “om te doen geloven aan enige hersenschimmige gebeurtenis” (om in de termen te blijven van artikel 496 van het Strafwetboek) en zich bv. voordoen als een sollicitant, plegen wel nog altijd strafbare feiten, m.a.w. een of meer misdrijven. Alleen worden zij daarvoor niet gestraft.
3. De misdrijven die sociaal inspecteurs aldus plegen, zijn geen overtredingen en zeker geen kleine, maar wel degelijk wanbedrijven. Het zijn echter geen misdaden.
Conclusie
Sociaal inspecteurs worden geen criminelen, want die plegen misdaden.
De nieuwe regeling zou in werking treden de eerste van de maand volgend op de publicatie in het Belgisch Staatsblad (art. 34). Zij moeten noch mogen dus op 1 januari 2018 misdrijven beginnen plegen. Ook om die reden is het voor hen dus een fijn oudejaar en een gelukkig Nieuwjaar.
Wilt u meer blogberichten van deze auteur lezen? Bezoek hier Wikisoc.be.
Kan u mij een afspraak bezorgen. In zake mijn Sociaal statuut en rechtspositie. Ben ik nu nog ambtenaar en in welke hoedanigheid. En bij welk departement?