28 mei 2019 | Actualia, Expertise

Strengere regels in B2B-relaties

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen
Advocaat
Ondernemingsrecht Strafrecht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
3 - 7 jaar
West-Vlaanderen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht Ondernemingsrecht Verzekeringsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Opgelet: dit artikel werd gepubliceerd op 28/05/2019 en kan daardoor verouderde informatie bevatten.

Wetsvoorstel 21 maart 2019

Op 21 maart 2019 keurde het parlement een wetsvoorstel goed tot wijziging van het Wetboek Economisch Recht wat het misbruik van een aanmerkelijke machtspositie betreft. Dit wetsvoorstel beoogt (zwakkere) ondernemers te beschermen in hun relaties met andere ondernemers.

Onrechtmatige bedingen B2B

Eén van de pijlers van het wetsvoorstel bestaat in de invoering van de leer van de onrechtmatige bedingen, reeds bekend vanuit het consumentenrecht, in de B2B-relatie.  Daartoe worden een aantal nieuwe artikelen toegevoegd in boek VI van het Wetboek Economisch Recht (WER).

Waar de contractvrijheid tussen ondernemingen en consumenten reeds langer beperkt was, legt de wetgever nu ook de contractvrijheid tussen ondernemingen meer aan banden.

De nieuwe regeling zal van toepassing zijn op alle overeenkomsten gesloten tussen ondernemingen onderling, met uitzondering van overeenkomsten betreffende financiële diensten en overheidsopdrachten.

Duidelijke bedingen

Bij wijze van algemene regel stellen de nieuwe bepalingen van het WER nu ook expliciet dat schriftelijke bedingen in overeenkomsten tussen ondernemingen duidelijk en begrijpelijk moeten zijn (nieuw artikel VI.91/2 WER).

Verbod op onevenwichtige bedingen

Bedingen die alleen of in samenhang met andere bedingen een kennelijk onevenwicht scheppen tussen de rechten en plichten van de partijen worden als onrechtmatig beschouwd (nieuw artikel VI.91/3 WER).

In het WER zullen ook twee lijsten worden opgenomen met onrechtmatige bedingen.

Enerzijds wordt een zogenaamde “zwarte lijst” ingevoerd die bedingen oplijst die per definitie verboden zijn (nieuw artikel VI.91/4 WER). Verbonden zullen onder meer zijn:

  • bedingen die iedere vorm van verhaal uitsluiten;
  • bedingen die op onweerlegbare wijze de kennisname of aanvaarding van algemene voorwaarden vaststellen wanneer een onderneming daar niet daadwerkelijk kennis van heeft kunnen nemen voor de contractsluiting;

Anderzijds wordt een “grijze lijst” ingevoerd die bedingen oplijst die vermoed worden onrechtmatig te zijn, behoudens bewijs van het tegendeel. Daarbij gaat het onder meer om:

  • bedingen die een onderneming het recht geven om zonder geldige reden de prijs, kenmerken of voorwaarden van een overeenkomst eenzijdig te wijzigen;
  • bedingen die erin voorzien een overeenkomst van bepaalde duur stilzwijgend te verlengen zonder opgave van een redelijke opzegtermijn;
  • bedingen die de rechten van een onderneming bij wanprestatie van de wederpartij op ongepaste wijze te beperken;
  • bedingen die de aansprakelijkheid van een onderneming beperken voor opzet of zware fout of, behoudens overmacht, voor het niet-uitvoeren van essentiële verplichtingen die het voorwerp van de overeenkomst uitmaken;
  • bedingen die forfaitaire schadevergoedingen vastleggen bij wanprestatie die kennelijk niet evenredig zijn met het potentieel nadeel van de wederpartij bij zulke wanprestatie (dergelijke bedingen konden voorheen reeds door de rechter worden gematigd op basis van artikel 1231 Burgerlijk Wetboek maar zouden conform de nieuwe regeling dus zelfs nietig zijn);
Sanctie

De sanctie op de aanwezigheid van een onrechtmatig beding is de nietigheid van dit beding. De rest van de overeenkomst blijft in beginsel wel gelden op voorwaarde dat de overeenkomst zonder de onrechtmatige bedingen kan blijven voortbestaan.

Inwerkingtreding

Deze verstrengde regels zijn van toepassing op overeenkomsten die gesloten worden na de inwerkingtreding van de nieuwe bepalingen, dit is de 1ste dag van de 19de maand die volgt op de publicatie Belgisch Staatsblad. Bij de redactie van dit nieuwsbericht had de publicatie in het Belgisch Staatsblad nog niet plaatsgevonden.

En verder…

Voormeld wetsvoorstel bevat nog twee andere pijlers waarmee de overheid ingrijpt in de B2B-relatie. Zo wordt een verbod op misbruik van economische afhankelijkheid ingevoerd en worden de oneerlijke marktpraktijken tussen ondernemingen nader uitgewerkt.

Ook hier is het nog even wachten op de inwerkingtreding, respectievelijk de 1ste dag van de 13de maand volgend op de publicatie in het Belgisch Staatsblad voor het verbod op misbruik van economische afhankelijkheid en de 1ste dag van de 4de maand volgend op de publicatie in het Belgisch Staatsblad voor wat betreft de nieuwe regels oneerlijke marktpraktijken.

 

Katrijn van der Maat

Meer lezen van Stappers Advocaten? Dat kan hier!

Recente vacatures

Advocaat
Ondernemingsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen Brussel Oost-Vlaanderen
Advocaat
Ondernemingsrecht Strafrecht
0 - 3 jaar
Vlaams-Brabant
Advocaat
Fiscaal recht
3 - 7 jaar
West-Vlaanderen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht
0 - 3 jaar
Antwerpen
Advocaat
Burgerlijk recht Gerechtelijk recht Ondernemingsrecht Verzekeringsrecht
3 - 7 jaar
Antwerpen

Aankomende events

Blijf op de hoogte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

0 Reacties

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.