De vererving van aandelen van een familiale vennootschap komt in aanmerking voor een verlaagd tarief van 3 of 7% in de erfbelasting. De Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) heeft recent bevestigd dat het verlaagd tarief van toepassing is ongeacht of de aandelen zelf of louter de vermogenswaarde ervan tot het gemeenschappelijk vermogen behoren.
Kwalificatie als eigen of gemeenschappelijk goed
In het wettelijk stelsel (dat van toepassing is op echtgenoten gehuwd zonder huwelijkscontract of echtgenoten die hiervoor kiezen in hun huwelijkscontract) zijn er drie vermogens, namelijk het eigen vermogen van elk van de echtgenoten en het gemeenschappelijk vermogen. Elk goed dat eigendom is van één van de echtgenoten is dus eigen of gemeenschappelijk.
De kwalificatie als een eigen of gemeenschappelijk goed wordt echter verfijnd als het gaat om aandelen van een vennootschap die met gemeenschappelijke gelden verkregen werden en op naam van slechts één van beide echtgenoten ingeschreven werden, waarbij de vrije overdraagbaarheid van de aandelen beperkt is, of enkel die echtgenoot professioneel actief is als bestuurder van de vennootschap (artikel 1401, § 1, 5° oud Burgerlijk Wetboek). In dat geval bestaat er een tweedeling voor de kwalificatie van het goed: de lidmaatschapsrechten (zoals bv. stemrecht, deelname aan de algemene vergadering) of het titularisschap worden als een eigen goed gekwalificeerd, maar de vermogenswaarde komt toe aan het gemeenschappelijk vermogen. Dit onderscheid wordt ook benoemd als “titre et finance”.
Een kort voorbeeld zal bovenstaande verduidelijken: A en B zijn gehuwd onder het wettelijk stelsel. A is de echtgenoot-aandeelhouder van 10 aandelen met een totale waarde van 100 euro. Dit heeft als gevolg dat de lidmaatschapsrechten (titre) van de 10 aandelen toebehoren aan het eigen vermogen van A, maar de waarde van 100 euro (finance) behoort toe aan het gemeenschappelijk vermogen van A en B.
Wat bij overlijden van de echtgenoot niet-aandeelhouder?
De Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF) voorziet in een verlaagd tarief van erfbelasting van 3 of 7% voor aandelen van een familiale vennootschap, indien aan bepaalde voorwaarden is voldaan, zoals bepaald in artikel 2.7.4.2.2 e.v. VCF.
Wanneer de echtgenoot die niet de titularis is van de lidmaatschapsrechten op de aandelen als eerste overlijdt, behoren de aandelen huwelijksvermogensrechtelijk nog steeds tot het eigen vermogen van de andere echtgenoot (die de titularis is over de aandelen). De vraag die rijst is of op fiscaal vlak het verlaagd tarief voor familiale vennootschappen nu reeds van toepassing kan zijn, want de overleden echtgenoot is immers zelf geen aandeelhouder.
Het lijkt logisch dat dit verlaagd tarief niet van toepassing is, aangezien de lidmaatschapsrechten of het titularisschap toekomt aan de langstlevende echtgenoot. Enkel bij het overlijden van laatstgenoemde echtgenoot is het verlaagd tarief van toepassing, wat in overeenstemming is met de leer over titre et finance.
Vlabel is echter een andere mening toegedaan. In een oud standpunt (nr. 18067 van 8 oktober 2018) stelde Vlabel reeds dat “de vermogenswaarde van de betrokken goederen wel degelijk tot het gemeenschappelijk vermogen” behoort voor het heffen van de erfbelasting. Aldus zou ook in het geval van het overlijden van de echtgenoot niet-aandeelhouder het verlaagd tarief van toepassing zijn op de helft van de vermogenswaarde van de aandelen.
Vlabel heeft deze visie opnieuw herhaald in haar nieuw standpunt nr. 20084 van 12 december 2020 en stelt dat het voor de toepassing van het verlaagd tarief “van geen belang [is] of de aandelen daadwerkelijk tot het gemeenschappelijk vermogen behoren (wat het geval is als het gaat om gemeenschappelijke aandelen met enkelvoudig statuut) dan wel of de vermogenswaarde van de aandelen tot het gemeenschappelijk vermogen behoort (wat het geval is als het gaat om aandelen die het tweevoudig statuut van titre et finance hebben)”. Bijgevolg is het verlaagd tarief nog steeds van toepassing bij het overlijden van de echtgenoot niet-aandeelhouder, uiteraard voor zover aan de voorwaarden van het verlaagd tarief voldaan is.
Evaluatie
Hoewel dit als goed nieuws kan worden beschouwd bij het overlijden van de echtgenoot niet-aandeelhouder, rijzen evenwel vragen naar de rechtsgeldigheid van dit standpunt van Vlabel. Het lijkt erop dat Vlabel voorbijgaat aan het onderscheid tussen titre et finance, aangezien het verlaagd tarief toegepast wordt bij het overlijden van de echtgenoot niet-aandeelhouder, ook al betreft het een eigen goed van de langstlevende echtgenoot. Bovendien strookt de visie van Vlabel niet met de bewoording van artikel 2.7.4.2.2, § 1, 2° VCF, waarin sprake is van de vererving van “aandelen” en niet van de “vermogenswaarde van de aandelen”. De vraag rijst dan ook of Vlabel dit standpunt in de toekomst wel zal kunnen handhaven.
0 reacties