Katrien Smet is straathoekwerker in Sint-Niklaas en gaf onlangs nog een voorstelling voor een volle zaal om het hoe en waarom van het beroep te promoten in Temse en Kruibeke. Stellen dat dit beroep met uitsterven bedreigd is lijkt immers sterk overdreven maar over de verschillende steden en gemeenten zijn er slechts een zeventig straathoekwerkers in aantal. De ene stad of gemeente investeert er meer in dan de andere, in Antwerpen is het beroep tanend of zelfs heden ten dage onbestaand. Straathoekwerkers bekommeren zich om het lot van de meest kwetsbaren. De openbare dienst, de leverancier en zelfs het OCMW heeft soms geen tijd voor het verhaal van deze mensen of ziet geen mogelijkheid om te helpen. Ik mag nu met haar een ochtend op stap maar krijg eerst huiswerk en een cursus mee om te bestuderen.
Geschiedenis
Het straathoekwerk was in eerste instantie ontstaan om heroïnegebruikers de weg naar de hulpverlening te doen vinden en later kwamen er dan de veiligheidscontracten om een antwoord te bieden aan de veranderde maatschappelijke context. Van een welzijnsbenadering werd de overgang gemaakt naar een overlastbenadering om lastige groeperingen in toom te houden. Maar door controlerend te zijn verliest de straathoekwerker zijn grootste troef. Zij krijgen immers als enigen gemakkelijk contact met groepen die voor overlast zorgen en dat vertrouwen wordt geschonden als ook maar een schijn van partijdigheid blijkt. En daar zit ook de kern van het verhaal want straathoekwerkers zijn er gewoon, zij zijn deel van het geheel en hebben geen enkel oordeel te vellen.
Verschil met het OCMW
Om werkelijk te begrijpen wat straathoekwerkers juist doen verwijst Katrien graag naar het verhaal van Marcel die te maken krijgt met het onthaalmodel. Dat verhaal staat te lezen op www.straathoekwerk.be. Straathoekwerkers werken echter volgens het API-model, wat staat voor het Actief opsporen van kwetsbare mensen, het Positief benaderen van mensen waarbij er niet wordt gezeurd over de problemen die verder alleen maar spontaan ter sprake zullen komen en het Integraal toepassen omdat men niet aan bepaalde voorwaarden moet voldoen om met een straathoekwerker in contact te komen. Inderdaad zegt Katrien dat een drugsverslaafde geen boodschap heeft aan het wachten in een wachtkamer met drie andere verslaafden. Hij of zij wil onmiddellijk geholpen worden.
Het API-model is iets anders dan het onthaalmodel, dat niet actief op zoek gaat en slechts focust op het probleem zelf. Het gaat dus niet om het indelen in categorieën, op afspraak gaan en in wachtzalen zitten, het is de kwetsbare persoon zelf die het ritme bepaalt. De drempel om zich naar de regels en de afspraken te confirmeren is immers voor sommigen te hoog, zij hebben dan een extra polsstok nodig. Het straathoekwerk is een laagdrempelige professionele werkvorm van aanwezig zijn, gericht op de realisatie van een kwaliteitsvol bestaan van sociaal uitgesloten mensen.
De koffie
We spreken af rond 09u00 in een taverne in het Waasland shoppingcenter en ik vraag aan Katrien hoeveel klanten zij dan eigenlijk wel heeft. Zij verslikt zich in haar koffie! Klanten? Nee, ik heb het blijkbaar nog altijd niet begrepen: hier zijn geen klanten want die betalen voor een dienst en ook geen patiënten want dat impliceert een medische relatie. Het gaat hier om gasten en waarom is het toch zo moeilijk om te begrijpen dat sommige mensen nu eenmaal door een lekke band en pech in het leven uit het peloton vallen. Na die bolwassing vertrekken we naar de flatgebouwen van het Fabiolapark in Sint-Niklaas, waar de sector van Katrien begint. We zetten ons op een bank en al snel komt er een oudere man die Katrien heel goed kent en we praten over de koetjes en kalfjes. Katrien weet te vertellen dat de man in kwestie al heel wat informatie heeft gebracht en dikwijls andere gasten wist voor te stellen. Het is doorheen de hele voormiddag gebleken dat zij werkelijk ‘jan en alleman’ kent, bij de discountwinkels, aan het station en in de cafés. Het eindigt wel in mineur, want we hebben voor de derde keer een afspraak aan het OCMW met iemand die niet komt opdagen. Katrien belt betrokkene op en vraagt waarom hij er wederom niet is geraakt. Zij doet dat zeker niet op een verwijtende manier, zij gaat haar gast niet laten vallen, de man heeft niet maar een ‘paar kansen’. Ze vraagt of zij dan misschien zelf hem kan komen ophalen? Ikzelf begin het stilaan te begrijpen want dit is een voorbeeld van onvoorwaardelijk werken.
De gerechtsdeurwaarder
Gasten kunnen zich nog al eens onbedoeld agressief opstellen tegenover de gerechtsdeurwaarder en dat werkt in hun nadeel. De persoon aan de andere kant van de lijn kent uiteraard meestal niet de voorgeschiedenis en kan onmogelijk het begrip tonen dat de straathoekwerker wél kan. Katrien heeft al veel contacten gehad met gerechtsdeurwaarders want gasten die de weg naar het OCMW niet kunnen vinden, gaan zeker ook niet het gerechtsdeurwaarderskantoor contacteren. Als dat wordt gevraagd doet zij dat dus voor hen en zij vraagt dan steevast wat de beste oplossing is voor zowel de gerechtsdeurwaarder als voor de gast zelf. Als een haalbaar afbetalingsplan wordt overeengekomen brengen zij dan samen eventueel ook de domiciliëring in orde. Zij maakt de gast duidelijk wat de gevolgen zijn als de afbetalingen niet worden nageleefd en geeft minstens het gevoel aan de schuldenaar én aan de gerechtsdeurwaarder dat het nu vooruit gaat of minstens kan gaan.
De boodschap van Katrien voor de gerechtsdeurwaarders is duidelijk. In sommige gevallen gaat het niet anders en moet de situatie aanvaard worden zoals ze is. Doet de schuldeiser dat niet dan riskeert hij het dossier te verdrinken en daar is niemand mee gebaat.
Gerechtsdeurwaarders zijn juristen en geen psychologen, maar ze hebben door hun ervaring een grote mensenkennis en kunnen/moeten als geen ander een situatie inschatten. Zij staan als enige bemiddelaar onafhankelijk tussen partijen. Hoe meer zij dus te weten komen over de specifieke situatie van iemand, hoe beter zij kunnen inschatten. Actoren zoals de zorgdragers, politie, OCMW en dus ook de straathoekwerker kunnen hiertoe bijdragen en daarmee is zeker ook de schuldeiser mee gediend. Het kan dus zeker geen kwaad om als korps actief mee te participeren en mee te denken waar het kan. Initiatieven worden daartoe genomen en meerdere zouden moeten volgen.
Nick Luyten
Meer lezen van AGA? Dat kan hier!
We wensen Katrien Smet veel succes en resultaat! Zulke mensen mogen met veel meer zijn en liefst in alle hoeken en gaten waar dat nodig is.